We vervolgen de weg langs de Rijn tegenover het Waardeiland naar het oude dorp. Over de Hoofdstraat rijdend maak ik nog wat foto's van die kant van de Koningstraat, waar links en rechts op de hoek zich respectievelijk kruidenier Braam en Zuivelhandel Jansen zich ooit bevonden. Voor de Gereformeerde kerk zie ik links een fietspad liggen. Een splinternieuw straatnaambordje meldt B.G. Cortspad. Het is wennen die naam, na zoveel jaren B.G. Cortslaan. Het nieuwe fietspad loopt parallel aan de deels onzichtbaar geworden snelweg A4. We besluiten dat nieuwe fietspad te nemen, dat naar de noordkant van het dorp loopt. Onderweg vraag ik aan een passant of we via dat pad naar het nieuwe Weteringpark kunnen fietsen. Mevrouw geeft ons helder tekst en uitleg : "Het is recht toe recht aan, langs de jachthaven, dan komt u in het park."
De Mauritssingel oogt wat benauwd. Of zijn we zo gewend geraakt aan de ruimte in Flevoland? We steken vlug over. Als we de jachthaven passeren, moet ik even terugdenken aan de tijd dat ik daar met mijn broertje Ruud ging vissen. Wat nu een haven is, was in die tijd een grote plas. We stonden dan uren lang tot onze knieën in het water naar onze dobbers te turen. Als we weer even op de kant gingen staan, schraapten we de bloedzuigers van onze benen, deden weer wat aas aan de haak en stapten weer het water in. Haha!
Na een clubgebouw van de scouting, zien we een groot gebied in aanleg. Het ziet er nogal moerasachtig uit; veel water / ijsvlaktes afgewisseld door droge stukken grond. Er staat ook een aantal molens, waaronder de Munnikenmolen, die ooit bij de entree van het dorp heeft gestaan. Zoals ie er nu bij staat lijkt het alsof ie gestraft is; verbannen naar een desolaat gebied. En dan zien we het silhouet van de bunker! Ik kijk automatisch richting de snelweg, want ik mis een tunneltje dat onder de A4 liep. Het lag aan het eind van het pad langs de begraafplaats.
We besluiten naar de bunker te rijden. Maar zover kwamen we niet. Het betonnen mastodont lag achterin een stuk sompig grasland. We stappen af en ploeteren (daar gaan mijn schoenen!) naar de restanten van een deels weggezakt stukje herinnering aan de Tweede Wereldoorlog. Daar aangekomen maken we wat foto's. Van de (zuidelijke) ingang die we ooit als kinderen gebruikten is nog net de bovenkant zichtbaar. Zittend op een betonnen restant genoot ik van het uitzicht. Vanwege de veranderingen in het landschap, ben ik wat gedesoriënteerd. In de verte zie ik de contouren van twee kerken. In gedachte loop ik de route vanaf de woning aan de Resedastraat 74a naar mijn plek op de bunker. Het viaduct dat naar het houten hek dat toegang gaf naar het weiland van De Graaf waar de bunker stond, blijf ik missen. Ik realiseer me, dat we vroeger aardig wat afstanden hebben gelopen. Maar ja, dat heb je in een tijd dat je geen fiets had.