woensdag 16 december 2015

We gaan NIET gourmetten!

Ik word een beetje duizelig van de reclames. Niet alleen op de buis (mag die term nog?), ook door de brievenbus word ik dagelijks geconfronteerd of geïndoctrineerd met het bericht dat ik met kerst moet gourmetten. Ja, ik moet blijkbaar met de Kerstdagen gourmetten. Nou, dan is men bij mij aan het verkeerde adres. Want als ik iets moet, dan word ik automatisch tegendraads. Zal wel met vroeger te maken hebben.
konijntje is weg...
Dus we gaan niet gourmetten. Trouwens, we hebben nog steeds geen eettafel met een grote afzuigkap erboven. Dus zitten we ras in een blauwe mist. En dan al dat vette gespetter. Alles en iedereen zit onder. Er zijn ook geen speciale regenpakken of -capes met vrolijk kerstmotiefjes te koop. Om met zo'n gewoon geel zeilpak aan tafel te gaan is ook weer geen gezicht. Wat ik ook niets vind is dat eetproces van gourmetten : hapje, heel lang wachten, knopje hoger, dan weer een hapje, knopje lager, weer lang wachten, knop hoger draaien, enz. en tussentijds dat vette gespetter. Grrr! Ik wil eten!
Voor dit jaar overweeg ik voor de konijnenbout te gaan. De laatste keer dat ik die gegeten heb was ook tijdens een kerst, maar dan in het pittoreske Schoonhoven. Dus in de vorige eeuw. De kids waren nog klein en hun konijntje was er nog. Ik weet nog dat ik de bereiding nogal lastig vond. Die konijnenbout van toen was nogal droog en had een wild smaak. Ik was er niet echt kapot van. Of eigenlijk weer wel, maar gelukkig maar een beetje en gedurende korte tijd. Het zal een wildkonijn geweest zijn. Al doen tamme ook behoorlijk wild als ze geslacht worden. Want dat heb ik als kind een paar keer gezien.
Mijn opa en oma in de Koningstraat hielden ook konijnen. Tamme konijnen, waarvoor ik geregeld samen met mijn broertjes een jutezak vol paardensla moest plukken. Als ik zo'n blaadje door de tralies van het konijnenhok stak, kwam zo'n wollig beestje hem keurig met zijn grote voortanden opeten : snap, snap, snap. En daarna gingen die kaken dankbaar heel snel op en neer. Niet wetende dat tegen kerst buurman Toon Boer hem bij zijn oren zou pakken en mee zou nemen naar zijn schuurtje. Een bouwvallig hok dat niet zou misstaan in een griezel film van meneer A. Hitchcock op de zaterdagavond.
Soms zag ik ze in dat schuurtje hangen. Ik herkende ze aan hun vachtjes, die ik sinds hun komst had geaaid.  Die vachtjes gingen later naar de voddenboer, Gijsenij op de hoek van de Oude Vest in Leiden. Er schijnen ook diepgevroren konijnen te zijn. Die ijskonijnen zijn het hele jaar door verkrijgbaar.
Ik hoorde dat men een nieuwe konijnenziekte heeft vastgesteld. Dat virus werkt als een sluipmoordenaar. Opeens is het (besmette) konijn dood! Misschien handig om te weten voor het geval enige uitleg aan de kids nodig is, over een plotseling verdwenen konijn.
Konijnenbout dus, maar dan van een tam konijn. Die beestjes zijn nu eenmaal om op te vreten. Dat vlees schijnt malser, minder droog en wat beter van smaak te zijn. Voor mij hoeft het ook met kerst geen culinair hoogstandje te worden hoor. Konijnenbout met gebakken aardappeltjes en sla op een mooi wit bordje met daaronder een servet met kerstafbeelding op een tafel met wat brandende kaarsjes. Klaar! En uiteraard met Flappie van Joep van 't H. op de achtergrond.