woensdag 16 december 2015

Een streng regime

de hoofdingang
In 1955 kwam ik op de lagere school aan de Kastanjelaan in mijn geboortedorp Leiderdorp. Op de school heerste een streng regime. Hoofdmeester Van der Hoek hield de leerlingen flink onder zijn duim. Met hoornen bril, grijs, dun haar en een volle baard rond een opgewonden gezicht, hield hij toezicht als de leerlingen op het schoolplein speelden.
Het snerpend geluid van zijn fluitje hoor ik nog soms in nare dromen. Als dat fluitje de eerste keer klonk, werd iedereen geacht subiet stil te staan en stil te zijn. Als ik dan om me heen keek (zonder mijn hoofd te draaien!), leek het alsof de wereld stilstond. Iedereen leek bevroren in de bewegingen, die ze op dat moment maakten. Het beeld deed me denken aan het bijbels verhaal over de verwoesting van Sodom en Gomorra, toen de vrouw van Lot toch even achterom keek en als straf in een zoutpilaar veranderde.
Wie niet direct gehoor gaf aan het fluitsignaal, moest van meneer Van der Hoek voor straf op een van de afvoerputjes gaan staan. Als weer een fluitsignaal klonk, moesten we in de rij gaan staan. De rij bestond uit groepen per klas. De kleinsten hadden hun eigen pleintje en hun eigen doen en laten. Ze vielen dus niet direct onder het strenge regime van meester Van der Hoek. Na het derde fluitsignaal, marcheerden we rustig naar binnen. Bij bijzondere gelegenheden bleven we op de gang staan. Dan werden wij toegesproken en/of werd er gezamenlijk gebeden. Ik herinner me nog zo'n situatie ten tijde van de opstand in Hongarije. We hebben toen ook gebeden. Met gevolg dat niet veel later kapper De Jong één Hongaar als kapper erbij kreeg. Tenminste, ik dacht als gelovig kind dat het zo gegaan moest zijn. Ik vond het toen ook een wat karige hulp voor zo'n grote opstand. Maar, die Hongaar is voor mij nog steeds de enige vluchteling die gelijk aan het werk ging.
Eenmaal in de klas kon een grote groep kinderen vanuit vier lokalen de gestraften op de putjes zien staan. Een andere straf was het vegen van de plassen op het schoolplein. Ja, meester Van der Hoek was in mijn beleving streng, erg streng. Hij deelde klappen uit als ie boos was. En probeerde maar niet je hoofd weg te draaien! Van klasgenootjes die een broer of zus bij meester Van der Hoek in de klas hadden, hoorde ik meer nare verhalen over zijn fysiek optreden.
klaslokalen
Van der Hoek woonde in de BG. Cortslaan. Mijn broer en ik wisten precies waar. We trokken soms belletje bij hem. Een keer hebben we iets ernstigers gedaan. Dat was niet lang nadat meneer op school weer eens klappen had uitgedeeld. Bij wijze van straf besloten wij bij Van der Hoek voor de deur een dichtgevouwen krant in brand te steken. In die krant lagen een paar hondendrollen. We hebben alleen het gestamp van zijn voeten gehoord. Dat klonk ook nogal driftig. We gingen er vlak langs het gebouw vandoor. Dan kon ie vanuit het raam onze zwarte koppies niet zien. In het laatste halfjaar op die school vertrok meester Van der Hoek. We kregen meester Sleeboom. Een sympathieke man. Zeg maar gerust de tegenpool van meneer Van der Hoek. Ik was als de dood voor Van der Hoek. En voor juffrouw Hamerling. Aan de andere leraressen en leraren, juf Huisman, juf Heijkoop, meneer Linschoten, meneer Van Schaardenburg en meneer Sleeboom, heb ik wel goede herinneringen. Op de foto vooraan klas 4, dan klas 3, klas 5 en achteraan klaslokaal 6. Zo was de volgorde in mijn schooltijd. Aan de kopse kant bevonden zich ook deuren. Vlakbij de uitgang van het plein naar de Lindelaan. Tegenover de lokalen, aan de kant van de Lindelaan, bevonden zich de toiletten.  Links van het L-vormig gebouw de lagere klassen. Vanuit de lokalen keek je naar het fietsenhok en de huizen aan de Hoogmadeseweg. Aan de kant van de Kastanjelaan was ook een entree. Daar stond een metalen wit geschilderd hek, zodat je niet direct de straat kon oversteken. Bij dat hek heb ik een paar keer mijn oudste zus opgewacht.