zondag 3 januari 2016

In een leaseauto -2-

Zoals eerder geschreven koos ik niet zomaar een auto van de zaak uit. Afgezien van het beschikbaar gestelde budget (per functie was een maandbedrag gereserveerd), lette ik ook op de fiscale bijtelling en uiteraard de functionaliteit. Het kwam echter vaak voor, dat ik tijdelijk een andere auto onder mijn kont geschoven kreeg. Als personeel vertrok, liet het vaak een leaseauto achter. Die stond dan op de parkeerplaats van het bedrijf stil te staan. Zonde, want het contract van die auto moest wel betaald worden. Tenzij het afgekocht werd. Ik had niet zoveel moeite met die gebruikte wagens en vond het daarom niet altijd nodig zelf een auto te bestellen. Aldus wisselde ik geregeld van leaseauto.
Zo kwam ik midden jaren 80 in een witte Mitsubishi Tredia terecht. Met trekhaak, dat wel. Een vierdeurs sedan waar ook vaak een hond achterin had gezeten. De achterbank zat vol witte hondenharen.
Niet veel later reed ik in een donker blauwe VW Passat diesel. Die verplichte bedrijfsauto had de kleinste dieselmotor van dat merk en dat hebben we geweten. De motor moest eerst goed warm worden. Eenmaal opgewarmd bleven de prestaties erbarmelijk laag.  Inhalen was nauwelijks te doen. Op weg naar een vakantieadres in de Ardennen werden we heuvel op gepasseerd door een lelijke eend! Die VW knikkerbak had bar weinig vermogen.
Na die blauwe slak ben ik overgestapt op een Mitsubishi Galant stationwagen (met vierkante dubbele koplampen) met gasinstallatie. De verplichte bedrijfsauto was afgeschaft. Een zeer ruime en comfortabel wagen was die Mitsubishi, die ik dit keer zelf bij een dealer had besteld. Het motorblok van die auto klonk heel apart. Later hoor die ik dat typische geluid weer, toen de Hyundai op de markt kwam.
de blauwe VW slak
Als het even kon hield ik het bij stationwagens. Handig vanwege de grote ruimte voor de kids en de honden. Vlak voor een noodgedwongen wisseling van werkgever (ging failliet) kwam ik in een Mazda 626 stationwagen terecht. Ik mocht de wagen blijven rijden van mijn nieuwe werkgever, omdat het een onderneming was die net als de failliet gegane deel uitmaakte van hetzelfde concern. Daarna werd het een Opel Astra station, een Nissan Primera station, een Opel Vectra station, een Chrysler Voyager (vond ik veel te groot), een Opel Zafira en een weer Opel Vectra wagon. De laatste vier waren weer auto's waarvan het contract uitgereden moest worden.
Telkens wanneer ik een auto weer inleverde vond de beheerder van het wagenpark, dat de wagen er zo mooi uitzag. Maar ja, dat is een kwestie van mijn besef, dat ik in iets rondreed dat ik in bruikleen had gekregen.
Ik heb collega's gekend, die daar heel anders over dachten. Hun auto's waren na de leasetermijn volledig uitgewoond. Tot slot heb ik ook collega's gekend, die per se een C5 of SUV wilden hebben. Toen ze die wegens het beperkte leasebudget niet kregen, namen zij ontslag.....