zondag 22 januari 2017

Vaagheden

Om mijn werk goed te kunnen doen, moest ik allerlei aanvullende opleidingen volgen. Dus ook voor analyse- en (voor)onderzoektrajecten. Ik leerde mensen te interviewen en hun uitspraken op z'n juiste waardes te schatten.
Zodra uitspraken begonnen met 'volgens mij' of 'ik denk', of 'misschien' of op een andere manier een onzekerheid aangaven, moest ik ze negeren. Ik moest gaan voor zekerheden. Niet dat die altijd de feitelijke situatie beschreven, maar dat was dan een volgende stap : verifiëren. Ik liet ook meer dan één iemand het verhaal vertellen. Dan bleek vaak dat er weinig consistentie was. Een vinger achter de feiten krijgen was een ware uitdaging. In veel bedrijven is sprake van oneigenlijk of  klakkeloos overgenomen werkwijzen. Zelfs ondanks aanwezige procesbeschrijvingen.
Soms worden die vage bewoordingen gebruikt om iets te verbloemen. Zo hoorde ik Jet Bussemaker, minister van o.a. Onderwijs en Cultuur, in het programma Jacobine op zondag zeggen : "Er komen veel vluchtelingen naar ons land. Onder hen zijn misschien mensen die weinig tot niets van onze cultuur afweten." Het programma ging over gelijke behandeling van o.a. homo's transgender mensen enz. Hetero's werden overigens niet genoemd, hoewel onder hen ook veel ongelijke behandeling bestaat. Maar dat even ter zijde.
Voor mij was enkel dat woordje misschien van Bussemaker al genoeg om het volgen van dat tv programma subiet af te breken. Oké, dat is nogal kort door de bocht. Dat mag je best denken. Dat is niet helemaal waar, want ik wachtte even af, hoe Jacobine zou reageren op dat woordje misschien. Helaas onderbrak ze Bussemaker niet met de vraag : "Waarom gebruikt u het woord misschien? Het zou toch eerder zo kunnen zijn dat er heel misschien vluchtelingen zijn, die wel veel weten van onze cultuur?" Haar ander gesprekspartners zwegen ook.
Met dat woord gaf Bussemaker te kennen dat ze ver van de realiteit af staat. En helaas mag ze zich zo (subtiel) manifesteren. Als mensen zich zo opstellen, heb ik op voorhand al geen belangstelling voor wat ze zeggen. Noem het maar beroepsdeformatie.