Vandaag is het Veteranendag. Zelf voel ik me een veteraan van de Koude Oorlog. Afgezien van de dreiging uit Oost Europa waren er ook nog extreem linkse groeperingen, zoals de RAF, waar dreiging vanuit ging. Gelukkig is het niet op een oorlog uitgelopen.
Maar mijn veteranenstatus valt geheel in het niet bij die van wijlen mijn pa. Die verkeerde bijna zes jaar achtereen in een oorlogssituatie. Op een onderzeeboot in de Pacific. Onvoorstelbaar. Tegenwoordig komen militairen na een bepaalde tijd weer even terug. Maar toen ging dat niet zo. Mijn vader heeft na zijn pensionering nooit de behoefte gehad om naar reünies te gaan. Daar was hij wars van. Misschien omdat ze nare herinneringen bij hem zouden oproepen. Want hij was getraumatiseerd. En begin maar niet over psychische hulp. In die tijd werd je voor gek verklaard en afgekeurd. Klaar uit. Maar hij heeft zijn tijd helemaal uitgediend. Bij mijn pa moest men niet zeuren over privacy en/of werkomstandigheden. Opgesloten in een kleine ruimte met nauwelijks voldoende ventilatie. De lucht was bezoedeld met geuren van zweet, ontlasting, eten en dieselolie. Geen douches en een bedje delen met je maten. En af en toe gelucht worden in de toren. Elke dag je leven wagen voor... Tja, voor wat? Pa werd nogal gediscrimineerd. Niet zozeer aan boord maar wel door lieden aan wal. Dus kreeg hij niet altijd waar hij recht op had. Geen vol loon, geen hoge rang en vooral geen erkenning. Erg bijzonder en heldhaftig om daar zo lang voor te vechten.