Gisteren was Mike dus jarig. Felicitaties over en weer. Ook van (onverwacht) bezoek. Logisch, want men zag de slingers en ballonnen hangen.
Maar niet iedereen kreeg de ingeving om tot het uitspreken van felicitaties over te gaan. Er kwam ook bezoek binnen dat in elk geval mij niet feliciteerde. Niet dat ik me gediscrimineerd voelde, hoor. Maar het staat zo raar. Zo onbeleefd, vind ik. Het onverwachte bezoek dat het wel deed, was van een oudere generatie. Misschien was dat het wel : een generatieverschil.
Het zijn ook de jongelui, die het gewoon vinden ergens binnen te komen en zonder te groeten of wat dan ook ergens neerploffen. Ik kan daar niet zo goed aan wennen. Soms heb ik ook geen zin om iedereen de hand te schudden, maar dan roep ik : "Hallo allemaal, iedereen hartelijk gefeliciteerd!" In eerder genoemde situaties van niet-groeters krijg ik de neiging om even op te staan en hen dan zelf maar de hand te schudden. Als een subtiele manier van correctie. Maar ik doe het niet. Waarom eigenlijk niet? Misschien omdat tegenwoordig velen niet aangesproken wensen te worden op hun gedrag. Op wat voor manier dan ook.
Maar ik weet zeker dat als zij in een noodsituatie zouden verkeren, zij wel verwachten dat ik hen mijn hand reik. Zo niet mijn hand opeisen. Onze lieve heer heeft rare kostgangers. En oké, een van hen ben ik.