|
1990 |
Naarmate ik ouder word, lijkt het alsof mijn blik zich meer en meer naar het verleden keert dan naar de toekomst. Dat is op zich niets bijzonders en ik maak me er ook niet druk over. Want laten we eerlijk zijn, is het zo leuk om naar de toekomst te kijken? Want wat houdt die toekomst dan eigenlijk in? Fysieke en geestelijke aftakeling, die me straks steeds meer gaan belemmeren om leuke dingen te doen?
Ik bedoel maar, het is heel anders dan toen ik nog een tiener was. Toen zag ik het halen van diploma's en rijbewijzen nog als doelen in de toekomst. En nog verder een leuke, interessante baan. En weer verder een lieve vrouw, knus huisje, kinderen enz.
|
Als postbode |
Ook op mijn werk keek ik naar de toekomst, want ik wilde per se bijblijven. Ik wilde niet louter papegaaien, maar mijn kennis en ervaring onderbouwen met degelijke opleidingen. Ook om te voorkomen dat ik in de toekomst zonder werk zou komen te zitten, met alle gevolgen van dien. En na zo'n 35 jaar is het opeens over en uit. Toen ik in de wao terechtkwam en post ging bezorgen, zag ik geen loopbaanontwikkeling meer. Daar was ik te oud voor. Dat was geen gevoel of houding van mij, maar dat van werkgevers. In die periode keek ik wel vooruit. Om te herstellen van mijn terugslag. Ja, ik kijk nog steeds geregeld even achterom. Om de leuke momenten weer even terug te halen. Vaak met gebruik van oude foto's en/of muziek. En wat mijn toekomst betreft, daarin spelen gezondheid, geluk (partner, kinderen en kleinkinderen) en reizen een belangrijke rol.