Ze moeten me wel hebben deze week. Gisteren, in de middag, werd ik weer bijna aangereden. Dit keer reed de bestuurder van het rode busje door. Ik zag het busje aankomen, toen ik de oversteekplaats waar fietsers (en dus ik) voorrang plegen te hebben. Er staan natuurlijk allerlei borden, maar die hebben op sommige mensen geen effect.
Ik zag dat de passagier, een vrouwspersoon, naar mij keek. Mijn snelheid was nogal laag, wan tik steek nie tin blinde vaart over. De meneer naast haar keek niet eens opzij, naar links. Hij vertraagde wel, omdat er verkeer op de rotonde was. Maar al rijdend gaf hij gas toen hij in de gelegenheid was om door te rijden. Ik remde direct en keek in de cabine. Ik zag de vrouw schrikken en iets tegen haar buurman achter het stuur zeggen. Omdat het druk was op de rotonde sloot hij achter twee auto's aan. De tweede moest net als het busje rechtsaf, de plek waar ik de volgende oversteek moest maken. Dit keer stopte het busje wel. Toen ik naar binnen keek, zag ik meneer strak naar de andere kant kijken. Mevrouw had haar wenkbrauwen opgetrokken en maakt met haar hoofd een knikkende beweging naar de man naast haar. Ik schudde met mijn hoofd en seinde met mijn gezicht : "Een beetje opletten graag." Misschien heef tie het busje pas en maakt ie met zijn vriendin / partner een ritje.