Al eerder heb ik geschreven over de jongeren die in eet- en drinkgelegenheden de boel proberen schoon te houden. Ze wrijven met een en dezelfde doek alle lege tafeltjes 'schoon'. Vaak vegen ze etensresten op de lege stoelen en smeren ze de viezigheid over de hele tafel uit. Ze komen niet op het idee om het doekje af en toe te draaien of binnenstebuiten te keren. Laat staan het een keer goed uit te spoelen.
Als we met vakantie zijn zie ik aan de wastafel, wie wel en wie niet gewend is de afwas met de hand te doen. De mensen die dat niet gewend zijn proberen een vette koekenpan met een afwasborstel en koud water even schoon te spoelen. Zonder zeep. De pan en borstel zien er niet uit! Eén vette hap. En dan gaat die vette borstel gewoon in de glazen en kopjes "om ze ook schoon te maken".
Ze spoelen de vaat ook niet eerst af, voordat ze gaan afwassen. Het afwaswater oogt na de klus erg smerig. Afwassen, schoonmaken? Ze hebben het niet geleerd.
Het zijn ook de mensen die een vieze wastafel of douchecel achterlaten. Compleet met kwakken tandpasta, haren en zeepresten. Ze weten vast niet waarom er een wisser staat / hangt en een doekje ligt.
Wat dat betreft ben ik toch wel blij, dat mijn moeder ons al op jonge leeftijd aan het huishoudelijk werk gezet heeft. Onze eigen rommel heeft leren opruimen. Gedragen kleding in de wasmand en gepaste kleding weer in de kast. En dus niet her en der op de grond.
De plek schoon achterlaten is ook niet meer gewoon. Het schone aanrecht of de kookplaat wordt vies verlaten. Terwijl ie bij aankomst nog schoon was. Het is allemaal een kwestie van aanleren. Jong geleerd, oud gedaan.