Voer voor psychologen? |
Dat een jochie een keer een jurk aantrekt, is niets bijzonders. Evenmin wanneer het prinsesje met een hijskraan speelt. Spruitjes vinden veel kinderen niet lekker en er zijn kinderen, die tot hun 16e jaar in bed plassen. Allemaal situaties waar helemaal geen psycholoog voor nodig is, maar wel verstandige ouders. En die laatsten, daar ontbreekt het vaak aan. Ze willen al hun primaire taken uitbesteden.
Tegenwoordig is vooral afwijkend sociaal gedrag een reden voor een bezoekje aan een psycholoog. Kwesties als eenzaamheid (wordt zelfs geld voor gevraagd om dat quasi probleem op te lossen), angsten en uitsluiting spelen daarin een voorname rol. Terwijl het medicijn heel simpel is : "Toon ouderschap en weg met die telefoon!"
Kijk, wij hadden als kinderen helemaal geen psycholoog nodig. Onze psycholoog was onze mamma. Die loste onze problemen heel simpel op. Haar medicatie bestond louter uit een blik. En anders waren er opmerkingen of opdrachten. Zoals : "Stel je niet zo aan!" of "Ik heb een klusje voor je." of "Jij gaat niet naar buiten vandaag!" of "Jullie gaan niet weer kaarten!" Als een soort aspirine die voor heel veel problemen ingezet werd gold de tekst : "Doe even normaal, want anders...!" En de ultieme zetpil was gewoon een flinke schop onder je kont. Want wie Oost-Indisch doof was of niet wilde horen moest maar voelen. Het heeft allemaal prima gewerkt en we zijn er niet slechter van geworden. De psychologen in die tijd wel.