Als jochie van 10 kreeg ik mijn eerste gitaarles van een oom van mij. Oom Henk speelde o.a. gitaar en ik was onder de indruk geraakt van dat instrument vanwege de populaire muziek die ik thuis vaak hoorde. Daarin speelde de gitaar een centrale rol. Ik herinner me nog dat die eerste lessen teleurstellend verliepen. Mijn handjes waren veel te klein om een akkoord fatsoenlijk te pakken. Dus besloot ik maar te stoppen met de lessen. Pas zo'n 5 jaar later pakte ik weer een gitaar op. Ik luisterde goed naar de muziek en wist zowaar met wat hulp van boekjes en mijn zwager een paar akkoorden te spelen. Noten lezen kon ik niet en ik had er ook geen behoefte aan. Misschien had ik toen al een hekel aan lezen. š
Van veel nummers kon ik horen hoe ze gespeeld werden. En anders zocht ik ze uit. Soms dagenlang. En soms kwam ik er helemaal niet achter.
In die beginperiode brak ik de ringvinger van mijn linker hand tijdens een spelletje basketbal op school. Dus dat werd een tijdje geen gitaar en geen volleybal spelen voor mij. Omdat ik niet naar de dokter geweest was, is de top van die ringvinger scheef gaan staan. Hij deed ook pijn als ik een snaar indrukte.
Mijn pa vond het maar zo zo, dat wij (mijn broers speelden ook gitaar) met die 'steelpan' bezig waren. "Met muziek verdien je geen cent", bromde hij. Ik heb naar hem geluisterd. Niemand zat immers op een gitarist met een kromme vinger te wachten. Maar misschien had mijn pa naar Elvis geluisterd :