donderdag 11 januari 2018

Bus wassen

Vanmiddag ben ik naar de wasstraat gereden. De camper kan niet door de wasstraat. De straat kent een doorrijhoogte van slechts 2,20 meter. De bus heeft minstens 2,60 cm nodig. Dus is het wassen van dat grote koekblik handwerk. Er was een tijd waarin men onderscheid maakte tussen hand- en machinaal werk. Het eerste was duur, omdat er veel tijd en mankracht in ging zitten. Toen ik zelf met mijn handen aan de slag moest, merkte ik het tegendeel. Het handwerk wordt slecht betaald. Het is vaak vuil, vies en eentonig werk. Andersom kwam ik erachter, dat hoe lager het loon was men er ook veel harder voor moest werken. In een aantal van die minimumloonomgevingen was de sfeer alles behalve plezierig.
Er zijn diverse wasprogramma's op de automaat vermeld. Zodra ik een keus gemaakt heb door middel van een druk op een knop, gaan lampjes zenuwachtig knipperen. Ik maak me daar niet druk over, want ik doe toch wel mijn ding. En op mijn manier en in mijn eigen tempo. Dat ging niet toen ik voor minimumloon aan het werk was. Toen werd ik opgejaagd. Ik moest binnen een bepaalde tijd een zekere productie leveren. Zweten, hijgen, puffen en buffelen en dat voor netto 7,10 euro per uur. Voor dat tarief heb ik ook een brandende zon, regen, hagel, wind en vorst getrotseerd om binnen een bepaalde tijd een kist vol appels of peren geplukt te krijgen. Daarom heb ik te doen met de Poolse en Roemeense landarbeiders. Ook al is die 7 euro per uur voor hen wel een hoog uurloon.
De wagen zat trouwens flink onder de modder. De landweg naar en van de boerderij waar wij een aanhanger huren was gisteren flink met modder bezaaid. Men was ergens bezig met een bouwproject. We boften nog dat het ietwat regende. Het was een waar modderbad geworden.
Het rechter achterlicht is trouwens nog steeds droog van binnen. Ik heb er met de hogedrukspuit al een paar keer op gespoten. Ook de regenbuien van afgelopen dagen heeft de lamp doorstaan.