We zijn weer eens op pad. Onderweg gelukkig geen gekke dingen meegemaakt. Al zou ik niet weten waarom je met een vrachtwagen op de snelweg constant met fel knipperende waarschuwingslichten aan de voorzijde moet rijden. Later zagen we de wagen weer terug bij een benzinestation. De chauffeur en bijrijder keken beiden nog naar die irritant knipperende lampen, maar ze deden ze niet uit. Vreemd, want er was geen sprake van een speciaal transport of zo. Maar goed, de chocomel smaakte prima.
We hebben slechts 104 km gereden, waarvan een klein deel binnendoor. De camping ziet er zeer verzorgd uit en er is plek genoeg. En... we kunnen hier goed fietsen! Ik zag twee politici die hier het gras kort houden. 's Middags kwam een tweetal huifkarren het terrein op. Twee gezinnen komen met hun kroos kamperen. De paarden vieren hun verblijf apart in een weiland. Ver van de beide politici vandaan.
Ik moest trouwens wel lachen om die minister van Landbouw. Ik hoor haar nog zo zeggen : "Kom maar op met die boeren!" Egoïstisch als ze is, klaagde ze over haar bibberende kinderen. Ze vergat dat die boeren ook kinderen hebben, die met de overheidsellende thuis te maken hebben.