zaterdag 6 juni 2015

Over Cesar Millan

onze Zorro
Toen we voor het eerst een aflevering van de hondenfluisteraar Cesar Millan zagen, sprak zijn methode ons direct aan. Misschien vanwege de voor ons herkenbare zaken in zijn aanpak en adviezen. We hebben sinds 1976 honden, waaronder bouviers. Met elke hond zijn we naar cursussen geweest. In onze eigen aanpak ging het in de basis telkens weer over : het is een hond (dus geen mens), consequent zijn, grenzen aangeven en handhaven, discipline en regelmaat. Honden moesten gesocialiseerd zijn, handelbaar. Honden hebben bij ons nooit in bed gelegen. Ze hebben een andere hygiƫne dan wij. Dus geen hond of kat op de slaapkamer. Wat zeg ik : niet eens op de etages. Een hond kleden als een mens vinden we ook uit den boze. Maar ze gingen wel net als onze kids altijd mee op vakantie enz.
Dat honden gevoelig zijn voor het menselijk humeur en de algemene houding wisten we ook al van begin afaan. In periodes waarin het met een van ons minder goed ging, was dat direct te merken aan de hond(en). Ze werden veel dominanter / beschermend, wat niet altijd gewenst was.
We hebben de hond ook nooit beloond voor onacceptabel gedrag. Maar ook nooit geslagen.  Er was sprake van psychologisch overwicht van onze kant. Logisch, want probeer maar eens een beest van ruim 45 kilo fysiek in bedwang te houden.
logeetje Daisy op vakantie
Eigenlijk kwam onze omgang met honden voor zo'n 75-80% overeen met die van Cesar Millan. We hebben veel bijgeleerd en hier en daar onze aanpak wat gewijzigd. Maar niet in alles, want iedereen doet het op zijn of haar manier en elke hond is weer anders. Net als het opvoeden en (bege)leiden van kinderen.
Voor ons was het vanwege onze aanpak ook geen probleem om andere honden tijdelijk in huis en zelfs een keer met vakantie te nemen. Daar waren rottweilers bij, een verwende, dikke, dominante Jack Russel (ging gedisciplineerd, slank en fit weer naar huis) een basset en een bastaard. Een van de rottweilers hebben we van watervrees afgeholpen. Ze ging zowaar zwemmen leuk vinden.
Toch hoor je mij niet zeggen dat ik verstand heb van honden. Ik heb meer verstand van mensen.