woensdag 9 oktober 2019

Bellende collega's

Laatst zag ik het weer. Een drietal monteurs was aangekomen om zonnepanelen te installeren. Twee waren op het dak bezig, terwijl nummer drie, zittend in de opening van de schuifdeur van de werkbus, aan het bellen was. Omdat de bus achter ons huisje stond en ik in de schuur met geopende deur bezig was, kon ik horen dat het een privé gesprek was. Het geleuter duurde en duurde maar. "Wat een eikel!", dacht ik. En ik niet alleen. Zijn collega's op het dak spraken er ook hoorbaar afkeurend over. Maar nummer drie
trok zich er niets van aan. Nee, het werd nog erger. Een andere collega ging ook bellen! Ook privé ("dag schat, wat ben je aan het doen? en meer van die privé onzin). Gevolg was, dat één monteur een groot paneel in z'n uppie de ladder op sjouwde naar het dak. Het betref weliswaar eenzelfde seniorenwoning, waarvan het dak laag is maar toch.
Ik vind het helemaal niets die telefoons tijdens het werk. Om niet te zeggen, ik heb er een rothekel aan. Sta je daar op je collega te wachten, die door z'n telefoon privé staat of zit te ouwehoeren (of aan een sigaret staat te zuigen). En dat is dan niet een onderbreking, maar om de haverklap een; niet alleen na elk beltoon of trilling maar vooral op eigen initiatief. Heel erg irritant en asociaal naar de collega's toe. "Hé, hallo! We zijn aan het werk en ik sta hier met spullen op je te wachten!"
Toen de panelen op het dak waren gemonteerd, raapte de nog actieve monteur zijn spullen bij elkaar, stapte in zijn combi en reed weg. Zijn collega's mochten van hem de stelling afbreken en de boel opruimen. Die twee reageerden quasi verbaasd en gingen mopperend aan de slag. Want ze wilden toch ook wel snel naar huis.