Vanmorgen heb ik de olie van de frituurpan gezeefd. Een telkens weer terugkerend klusje. Ik warm de olie wat op en giet hem dan via een fijne zeef in een grote pan. We gebruiken de elektrische frituurpan één keer in de week. Op de vrijdag, want dat is de Patatdag. Toen ik de oliepan geleegd had, besloot ik de hele frituurpan maar weer eens onder handen te nemen. Vooral de kunststofdelen begonnen flink plakkerig te worden. Ik ben niet zo gecharmeerd van zo'n vettig apparaat.
Het frituurmandje is altijd erg schoon. Dat wordt elke vrijdagavond na gebruik goed schoongemaakt.
Het schoonmaken van een frituurpan is geen werkje dat ik 'even' doe. Ik neem er de tijd voor. Alle tijd. Dat moet wel, want ik werk in fasen. Ja, weer zo'n stukje beroepsdeformatie van mijn kant. Ik verwijder eerst het ergste vet. Dan zet ik de boel in de ontvetter. Dat spul laat ik intrekken en ga vervolgens met een nagelborsteltje er overheen. Daarna afspoelen met warm water en dan weer in de ontvetter zetten. Ik gebruik een kunststof spatel op de dikke harde bruine druppels in de vorm van bolletjes aan de onderkant van het deksel te verwijderen. De wachttijd gebruik ik om wat andere dingen te doen, zoals het op soortgelijke manier reinigen van het verwarmingselement. Het metalen element maak ik met een doekje schoon. De rest is van kunststof. Dus dat is ook weer inspuiten met een ontvettingsmiddel en borstelen. In het deksel is een speciaal filter geplaatst. Niet alleen dat filter, maar het hele deksel schroef ik uit elkaar. Want als ik zoiets doe, wil ik het goed doen.
Het mooiste is nog het gevoel na zo'n klus. De tevredenheid, wanneer ik een weer vetvrije, glimmende frituurpan kan wegzetten, is groot. Waar een mens al niet gelukkig van kan worden.