Interessante tv programma's zijn ook die over mensen, die ergens in de bossen van Alaska leven. Ze zijn meestal op zichzelf aangewezen. Ze leven van de jacht en doen vaak aan ruilhandel. Knap dat mensen zo kunnen leven, al doen ze me ook geregeld versteld staan. Zo zie ik te vaak dat ze zich slecht voorbereiden. Vandaag zag ik hoe een vrouw in een gebied met wilde dieren als wolven en beren met haar geweer aan de schouder op weg was. Ondanks de aanwezigheid van verse wolvensporen, nam ze het vuurwapen niet in de hand. Totdat ze op twee van die beesten stuitte. Maar toen bleek het wapen ook nog te weigeren. Gelukkig had ze nog een pistool, waarmee ze de beide dieren doodschoot. Of ze gaan op pad met een sneeuwscooter zonder reserve onderdelen, zoals een bougie en/of een v snaar. Raar hoor. Maar wel erg spannend. Voor de kijker.
Soms doet hun leven daar mij aan het huisje in de buurt van Beekbergen denken.
Dat huisje is daar eind jaren 50 geplaatst door de ouders van een jeugdvriendje van mij. Ik ben daar vaak geweest. Het was een ongeveer 10 meter lange ruimte, die zo'n 5 meter breed was. Er stond enkel een houtkachel in en een aanrecht.
Er was geen elektriciteit en er werd op flessengas gekookt. Een afgedekt gat in de grond was de koelkast. Een paar opklapbedden en stoelen vormden het meubilair. Bij een lange zitbank annex opbergkist stond een even lange tafel. Die konden we laten zakken tot op gelijke hoogte met de bank. Op die manier ontstond er een slaapplek voor twee personen.
Er was ook een buiten wc in de vorm van zo'n bekend vierkant huisje. Maar dan wel met een echte wc pot. Doorspoelen gebeurde met een emmer regenwater, dat in een grote voormalige oliedrum met deksel werd opgevangen. In eerste instantie was er ook een waterpomp, waarmee men water uit de grond omhoog pompte. Ik herinner me nog de aanleg van de beerput. Gebouwd volgens het septic tank principe. De put bestond uit twee betonnen ringen, waarvan de een hoger was dan de ander. Het afvalwater stroomde in de hoge en als die vol was stroomde het over in de lagere. De natuur deed de rest.
In dat huisje en die bosrijke omgeving hebben wij vele dagen doorgebracht. Ik kreeg namelijk in de jaren 80 de sleutel van het huisje, omdat daar verder niemand kwam. Als tegenprestatie werd mij gevraagd het geheel wat te onderhouden. We hebben het op een goedkope manier opgeknapt en van wat meer gemakken voorzien. Een kwestie van dagelijks goed letten op wat anderen weg wilden doen aan bruikbare spullen en materialen. Door de lange leegstand in de voorliggende periode, was het interieur gaan schimmelen en waren muizen de nieuwe bewoners. Dus het huisje werd eerst helemaal leeggehaald, schoongemaakt en geschilderd.
Dankzij een aardige buurvrouw, mochten we zowel water als elektriciteit aansluiten. De laatste via een eigen meter. Die twee voorzieningen waren erg bijzonder in die tijd. Na jaren van veredeld kamperen, was het zowaar een comfortabel huisje geworden. De oude olielampen werden vervangen door elektrische verlichting en er kwam een heuse kraan boven het aanrecht. Er werd ook een tafelmodel koelkast geplaatst.
De oude pomp was eerder al verwijderd. Dat was jammer, want het grondwater zou voor andere doeleinden gebruikt kunnen worden, zodat het drinkwater enkel voor wassen en consumptie gebruikt zou worden.
Er ging geen verblijf voorbij zonder dat er hout gezaagd (met de hand) of gehakt werd. Het ging louter om dood hout van omgewaaide of dode bomen. Het verdween in blokken in een zelf gebouwd houthok. De jongens vermaakten zich daar prima met o.a. (boom)hutten bouwen, schieten, balspel en het vangen van kleine dieren. Ze namen ook vriendjes mee.
Tussendoor hebben we het dak gerenoveerd en de luiken aan de binnenkant van een leuk motief voorzien, dat enkel zichtbaar was bij geopende luiken. De buitenkant van de luiken had een donkere kleur, om niet te veel de aandacht te trekken.
We zijn daar ook gedurende de wintermaanden geweest. Dat was natuurlijk wel een jaren 50 gedoe met enkel een kachel als verwarming en zonder stromend water. Aan het verblijf daar kwam rond 2005 een eind. Toen werd de grond met het huisje verkocht. Jammer genoeg is het huisje sindsdien gaan verpauperen. Zonde! Het geheel heeft ons geleerd met weinig tevreden te zijn. Telkens weer even terug naar de basis, weg uit de comfortzone. Maar wel met veel plezier en met meer waardering voor al datgene wat we al hadden.