donderdag 21 oktober 2021

Wat anderen vinden

Ik heb me verslapen. Het was al 07.30 uur toen ik wakker werd. Weer wakker werd, want ik werd tijdens mijn nachtrust gewekt door vreemde geluiden. Ik lag namelijk niet op mijn dove oor. Ik hoorde regen en windvlagen. Dus heb ik me omgedraaid en ben weer verdergegaan in mijn nachtelijke rust.
"Wat moeten ze wel niet van je denken?!", is een bekende opmerking. De zekere mate van onverschilligheid / desinteresse die ik van mijn vader heb meegekregen, heeft mij door bepaalde situaties geholpen. Situaties waarin bijvoorbeeld in negatieve zin aan mijn 'imago' of 'reputatie' gerefereerd werd. Maar dat soort opmerkingen gaven voor mij enkel aan hoe anderen over mij denken of wat ze van mij moesten vinden. Zeg maar van de buitenkant, wat waarneembaar is. Dat ik ze naast me neer legde werd als onverschillig gedrag bestempeld. Ik zou het pas erg gevonden hebben als in negatieve zin over mijn karakter gesproken zou worden.
Een paar keer is mij om bemiddeling gevraagd. Op mijn vraag van 'waarom ik?' kreeg ik te horen 'omdat jij integer bent'. Toch werd ik vanwege mijn adviezen door anderen (verliezers) af geserveerd als 'verrader'.
Mijn houding maakte het leidinggeven ook gemakkelijker voor mij. Ik vond en vind het niet belangrijk of men mij aardig vindt of niet. Net zoals bij het vaderschap. Het gaat over leiden en begeleiden, niet om aardig gevonden te worden. Als dat laatste ervan komt is dat meegenomen. Dat wil niet zeggen dat ik als leider me grof gedraag. Dat zou een teken van zwakte zijn.
Na een donkere periode werd mijn 'onverschilligheid' groter. Ik dacht steeds vaker : "Lekker belangrijk." Een gevolg van te veel en te vaak relativeren. Vaak leidt openheid en/of eerlijkheid tot nare reacties. Klokkenluiders zijn daar het ultieme voorbeeld van. In wezen zijn ze oprecht, maar anderen vinden hen boeven, verraders enz. Doe mij maar klokkenluiders. Dan weet ik waar ik aan toe ben.