In het jaar 1973 besloot ik toch maar ook het autorijbewijs te gaan halen. Ik kreeg les in een Opel Kadett. De auto had zo'n lange zwabberende versnellingspook. Maar dat mocht de pret niet drukken. Ik had een uitstekende rijinstructeur bij wie ik me geheel op m'n gemak voelde. Dat was meneer Karim. Zijn dochter Tofi zat bij mij in de klas op de HBS. Voor mijn examens moest ik me melden bij een restaurant in Oegstgeest, genaamd Het Witte Huis. Ik had toen 15 lessen aan rubber versleten. Theorie ging prima : 1 fout. Een simpel bord : gesloten voor motorvoertuigen op drie of meer wielen. Wellicht een slip of the pen, maar die werd me niet vergeven. Daarna duurde het vrij lang voordat ik mocht afrijden.
Het afrijden ging vrij snel verkeerd. Ik stopte achter een vuilniswagen, die grijze zinken vuilnisemmers aan het legen was. Het wegdek kende ter plaatse een doorgetrokken witte streep. Mijn instructeur had gezegd dat ik moest wachten totdat de examinator het teken gaf, dat ik over de doorgetrokken streep mocht gaan. In plaats daarvan begon de man te roepen "passeren!, passeren! en trok daarbij heftig aan het stuur.
Ik ging er vanuit dat ik gezakt was door deze ingreep. En dus kachelde ik gewoon ontspannen verder, deed quasi ongeïnteresseerd mijn bijzondere verrichtingen en arriveerde wat depri weer in Oegstgeest. Voor het uitstappen zag ik nog net de aantekening 'geslaagd' op het formulier staan. Dat gaf me moed om de examinator even te vragen waarom hij zo aan het stuur trok en schreeuwde. Maar meneer was geïrriteerd en weigerde mij een antwoord te geven. Later bleek dat hij een uur achterliep op de planning. Hoera, ik ben geslaagd! Ik ga een auto kopen!