zondag 12 januari 2014

Mijn 2-wielers -7- Seeley Honda 750 F



Afgezien van de Kasuwa (Kawasaki Z400) heb ik nog een caféracer in bezit gehad. Dat betrof een heuse Seeley met een 750 cc viercinlinder blok van een Honda F2. Het spul dateerde uit 1977. De Seeley -de merknaam stond keurig op het kentekenbewijs- vond ik op het internet. Mijn hart sloeg over van opwinding. Wow! Een Seeley! Als beginnend motorrijder keek ik al likkebaardend naar de Rickman Metisse en Seeley frames en motoren. Ik moest en zou de fiets kopen, temeer omdat de prijs erg aantrekkelijk was.
In eerste instantie bleek de Seeley al min of meer toegezegd te zijn aan iemand in Nijmegen. Maar na wat telefonisch overleg, mocht ik hem kopen. Ik heb niet eens een proefrit gemaakt. Ik heb zelfs het blok niet horen draaien. Gewoon zo mee. Wat een vertrouwen hè?
Toen we hem op de trailer duwden, viel de demper eraf! "Oeps, dat belooft weinig goeds!", dacht ik toen. Of het nu een motor of een huis of een boot is, soms moet je door dingen heen kijken, om te zien hoe mooi iets kan zijn. Zo ook bij de Seeley. Er zat een enorm groot achterlicht op. Origineel Honda, dat wel. Maar geen gezicht, zo'n grote rode doos aan de kont. Men had ook een ordinaire grote, gele kentekenplaat op de kont geschroefd. Je weet wel, zo'n scheermes. Veel bouten en moeren waren roestbruin van kleur. De vorige eigenaar was niet zo kieskeurig bij het kiezen van bouten en moeren. Er zat van alles en nog wat op. De lamporen waren uitgezaagde metalen strippen.
De Seeley had wat stootschade aan de koelribben. Een muurtje had de Seeley een por in de ribbenkast gegeven toen ie een keer werd verplaatst. Ik heb nog overwogen om het blok te vervangen door een soortgelijk blok dat (nog meer) gekieteld was door Japauto. Zo'n blok trof ik in Harderwijk aan en moest inclusief inbouw en inruil oud blok 750 gulden kosten. Maar daar heb ik van afgezien, vooral omdat het gemonteerde blok nog erg goed draaide. De man deed trouwens direct een bod op de Seeley, die twee keer de aankoopprijs was. Maar daar had ik geen oren naar.
Ik genoot van het ouderwetse geweld van het blok. Er was een snelle nokkenas gemonteerd en de ademhaling voorzien van K&N filters. De achterkant kreeg een mooi ouderwets blauw kentekenplaatje en twee kleine ronde achterlichten. Met de Seeley heb ik menig oldtimer happening bezocht. Het rijden over bochtige binnenwegen was een waar feest. Als ik het gas wat los liet, klonk een zwaar gebrom uit de pijp.
Op een gegeven moment kreeg ik het idee om de Seeley te verkopen als ik 65 zou worden. Vraag me niet wat dat getal en de verkoop met elkaar te maken hebben, want daar heb ik geen antwoord op. Evenmin op de vraag waarom ik op die vreemde gedachte kwam. Misschien een soort van Motorheimer, een variant van Alzheimer? Gelukkig was een familielid van begin af aan ook weg van de Seeley. Hij is daar nu in zeer goede handen. Afgelopen zomer reed ie zelfs in Frankrijk rond!