Iedereen moest studeren. Iedereen moest een diploma kunnen behalen. Met een diploma kon je immers veel meer geld verdienen, beweerde men toen. En dus werd het onderwijs (en het vakmanschap) naar beneden gehaald.
Ik vroeg me in die periode wel af hoe dat dan verder zou moeten gaan. Ik bedoel, als architect kan je weliswaar veel verdienen door een tekening te maken, maar wie gaat dat huis dan bouwen? Ergo : de niet-studerenden blijven ook nodig. Veel mensen die gestudeerd hebben, deden / doen ander werk. Ik maakte er soms een grapje over. Zoals toen een sollicitant die Geschiedenis gestudeerd had, in ons vakgebied (IT) wilde beginnen. Ik zei toen dat graven in het verleden iets heel anders is dan met het heden en de toekomst bezig zijn.😅
Er klonk in die tijd af en toe ook een liedje op de radio. Misschien omdat ik uit de omgeving van Leiden kom, herinner ik me dat liedje nog. Dankzij het www kon ik het terugvinden. De tekst zei o.a. : "Laat je zoon studeren, laat hem voor minister leren op de universiteit" Nu blijkt dat velen gestudeerd hebben, maar voor minister hoeft niemand gestudeerd te hebben. 😒