Op een gegeven moment merkten wij, dat de aandacht voor de kleinkinderen van onze ouders nogal ongelijk verdeeld was. De kinderen van het ene kind kregen meer aandacht dan die van de anderen. Ik vroeg me toen af waarom dat zo was. Ik kwam niet verder dan de constatering, dat het de kleinkinderen van kinderen waren, die altijd al een streepje voor hadden. We vonden het erg jammer, want we voelden ons wat uitgerangeerd. Onze kinderen voelden dat zelf niet zo. Gelukkig maar. Dat gevoel merkte ik ook bij de anderen, die op het tweede plan stonden. Maar het kan nog erger. In een geval kende een grootouder niet eens de namen van haar kleinkinderen. Wel die van het lievelingskind. Vaak gebruikte ze die ene naam voor alle jongens in plaats van de feitelijke namen. De kleinkinderen zelf moesten erom lachen. Maar voor ons was ook dat niet leuk.
Sommigen denken dat de ongelijke aandacht voortvloeit vanuit de gedachte, dat alleen de 'zwakke' kinderen die extra aandacht krijgen omdat ze die nodig zouden hebben. Met die andere kinderen gaat het immers goed. Die weten waar ze mee bezig zijn, hebben een goed inkomen enz. Maar niet alleen de 'zwakken' krijgen die extra aandacht. Ook anderen, die het net als de rest ook goed voor elkaar hebben. Al was het maar omdat ze dichterbij wonen of omdat het lievelingen zijn. Een gelijke aandacht voor alle kinderen en kleinkinderen, daar hebben ze recht op.