Toen we de drie busjes zagen aankomen wisten we het al vrij snel : dat zijn heel andere campinggasten. Het begon met de entree en het niet weer afsluiten van de toegang tot het terrein. Daarvoor moesten ze een ketting verwijderen. Aan die ketting hangt een bordje met telefoonnummer en het verzoek dat eerst te bellen alvorens het terrein op te gaan.
Het sanitair bleef tot dan, ondanks de drukte, mooi schoon. Omdat ik zelf naar het toilet moest, kwam voor mij een van de nieuwkomers naar buiten. Meneer had zichtbaar gedoucht. In de ruimte zelf leek het erop, alsof ie met geopende douchedeuren onder de douche gestaan had. Overal lag water waar ie ook nog eens met schoenen met aarde eraan doorheen gelopen had. Ik vond het vooral triest voor de eigenaresse, die elke ochtend vroeg bezig is met het schoonmaken van de ruimtes. Ik was blij dat ik geen spullen bij me had die erop zouden kunnen wijzen, dat ik gedoucht zou hebben. Er zijn geen wissers aanwezig, anders had ik de boel zelf even droog gemaakt.
’s Avonds en ’s nachts bleef het gelukkig vrij stil (zei de dove). Ik heb Sonja er ook niet over gehoord.