Vanmorgen ging ik wat oud ijzer naar de loods brengen. Onderweg kwam ik langs de kringloopwinkel, waar ik gisteren nog even rondsnuffelde. Ik besloot toen alsnog een stuurslot te kopen, dat ik daar had zien liggen. Er zaten twee sleutels bij. Gelukkig was het slot nog aanwezig.
Achter de balie stond dit keer een meneer, die behoorlijk afwezig of vergeetachtig was. In dat soort zaken kom ik vaker mensen met een beperking tegen en dat vind ik leuk. Leuk, omdat men vaak vergeet dat mensen met een beperking nog heel veel andere dingen kunnen doen.
Deze meneer was wat vergeetachtig. Hij werd afgeleid door dingen om hem heen. Dus dat slot uitproberen en betalen, duurde even.
Ik stond bij de balie, toen meneer op me af kwam. Maar voordat hij mij aansprak, verlegde hij zijn aandacht naar een mevrouw die net de zaak was binnengelopen. Ze gaf een paar dozen met puzzels af. Daarna was ik aan de beurt. Meneer keek mij wat vragend aan. Dus nam ik het woord. Ik zei dat ik interesse had in het slot en vroeg of ik het slot mocht testen. Het mag dan goedkoop zijn, het slot moet wel werken. De beide sleutels waren met een stuk touw strak tegen het slot geknoopt. Dus vroeg ik ook naar een schaar. Meneer liep naar de pot achter hem, waar twee scharen in rechtop stonden, maar helaas voor mij ging net de telefoon. Meneer maakte een pirouette en liep richting het geluid. Toen ik hem hoorde praten besloot ik zelf maar een schaar te pakken.
Terwijl meneer belde, testte ik het slot. Ik was eerder klaar dan meneer en wachtte geduldig af.
Meneer legde de telefoon neer en kwam weer naar mij toe. Vlak voor me besloot hij plotsklaps even naar een collega te gaan. Toen hij weer terugkwam keek hij mij weer vragend aan. Er brak een korte stilte aan. "O ja, een schaartje", zei ie toen. Ik zei hem dat het al zo goed was en dat ik wilde afrekenen.
Het betalen verliep vlot. Maar voordat ik het bonnetje had..... Al met al vond ik het een aandoenlijk gezicht meneer zo bezig te zien. Het lijkt mij dat meneer na een paar uur bekaf moet zijn. Er kwam zoveel op hem af. Gelukkig was het rustig in de winkel; ik was de enige klant.