woensdag 20 maart 2024

Toen was geluk

Ondanks de armoe, was er in de jaren 50 toch sprake van heel veel geluk. Geluk was toen echt heel gewoon. Niet voor iedereen, maar toch. Terugkijkend denk ik dat de sociale samenhang voor veel geluk zorgde. Mensen waren blij en tevreden, dat ze hulp kregen en hulp konden geven. Als kind waren er voor mij natuurlijk ook minder leuke momenten. 
Zoals een week lang uitkijken naar de volgende Sjors van de Rebellenclub en de Donald Duck. Maar die treurnis was slechts van korte duur na het lezen van de tekst : wordt vervolgd.
Alleen op de woensdag- en de zaterdagmiddag was er tv voor de kinderen. De rest van de week was de jeugd buiten aan het spelen. Op die manier ontwikkelden wij hun sociale vaardigheden. Die worden tegenwoordig o.a. tijdens dates en andere gesprekken node gemist.
We leerden veel over ons eigen land en de rest van de wereld. Tegenwoordig weet men niet eens waar Sliedrecht of Venlo ligt.
Het overschrijden van duidelijk aangegeven grenzen gebeurde niet straffeloos. Vaak waren die straffen fysiek van aard. Oorvijgen of een pakslaag dus. Om straf te ontlopen, begon ik als kind maar alvast met huilen. Maar dan kreeg ik te horen : "Hou op met dat tranen persen anders zal ik je een reden geven om te huilen!" 😅 Discipline was er en ik kreeg niets zonder dat verdiend te hebben. Behalve als ik jarig was of met Sinterklaas.
Als kind waren er maar een paar manieren om dood te gaan. Dat kon vanwege een natuurramp (er was niet veel verkeer), twee hoog van een dakkapel vallen (niet gebeurd) of je ouders of een andere volwassene een grote mond geven.😂
Kinderen hadden niet alleen respect voor hun hardwerkende en liefhebbende ouders, maar ook voor anderen. Altijd netjes groeten, met twee woorden spreken, u zeggen en vooral dankbaar zijn.
Mijn moeder maakte onze kleding zelf. Breien, naaien en vermaken. En ik was altijd trots op die mooie kleren.