Het was de bedoeling om op de fiets naar Schoonhoven te rijden. De regenbuien deden ons anders besluiten. We gingen met de auto en dat was maar goed ook, want onderweg plensde het. In het Zilverstadje aangekomen was het weer droog. We vonden na de entree omgeving nogal onherkenbaar. We zijn naar het Plesmanplein gereden, waar we de auto hebben geparkeerd. Wat een nieuwbouw in die omgeving zeg! En er wordt nog steeds gebouwd. Vooral de hoogte in. Het oogt wel allemaal erg propperig. We zijn naar de Pasteurflat gelopen en via de Rotterdamseweg naar de Gildemeestersstraat. Onderweg passeerden we onze voormalige drive in woning aan de Mme Curiehof. Het is de wnong links van die met witte kap. Daarna staken we over en liepen de Gildemeestersstraat in. De rijweg is een stuk breder dan voorheen. Ons eerste koopwoning was als enige van de witte kleur ontdaan en van een dakkapel voorzien. We wandelden richting de
vakschool. Aan het eind van de straat zagen we in het parkje een mevrouw met een aantal stabijs lopen. Fenna herkende blijkbaar haar rasgenoten, want ze bleef erg geïnteresseerd staan kijken. Ik zwaaide maar even naar de vrouw. We sloegen toen linksaf om weer terug te keren naar de auto. Al die tijd was het weer droog.
In de auto zijn we naar het centrum gereden. Daar zijn we uitgestapt en weer gaan wandelen. Richting de Lek via de Veerpoort. Buiten de poort heeft men de openbare ruimte helemaal opnieuw ingericht. De grote parkeerplaats bij het pont is een stuk kleiner geworden. De houten snackbar is verdwenen. Aan de Lek staat nu een alternatief.
Op de terugweg begon het stevig te regenen. Gelukkig waren we net bij een paar winkels met een luifel. Terwijl Fenna en ik daar wachtten, deed Sonja wat boodschappen. Al wachtend onder de luifel raakte ik in gesprek met een vrouw. Ze vertelde dat haar jas toch niet waterdicht is, zoals gezegd bij aankoop. Dagelijks een half uur wandelen en fietsen is haar primaire bezigheid. Om in conditie te blijven. Ze was onlangs geopereerd en werkte nu aan haar herstel. “Ik moet in beweging blijven, anders roest ik vast”, legde ze lachend uit. Toen het weer droog was zette ze haar wandeling voort. Even later zijn we ergens even gaan lunchen. Buiten, onder een grote markies in de Lopikerstraat. Daarna zijn we teruggelopen naar de auto en naar de camping gereden.