woensdag 23 april 2014

In de vierde klas -2-

We moesten een opstel maken. Zeg maar een verhaaltje schrijven. De meester geeft een paar onderwerpen, maar je mag ook zelf een onderwerp kiezen.
Ik besloot een verhaaltje te schrijven over Sjors en Sjimmie. Sjors was een blond jongetje met een meisjeskapsel. Sjimmie was een pikzwart negerjongetje met een kaal hoofd met bovenop een krulletje dat recht overeind stond. Sjimmie had knalrode dikke lippen, was minder intelligent dan Sjors en sprak gebrekkig Nederlands (ik heb het over de jaren 50) . Ik las wekelijks hun avonturen in het blad Sjors en Sjimmie (van de Rebellenclub).
Ik dacht een leuk opstel geschreven te hebben, maar de meester dacht daar anders over. Toen ik mijn blaadje terugkreeg zag het rood, wit en blauw. Maar het kwam niet bepaald feestelijk over. Wat was het geval? Dwars door de mooie blauwe inkt op het witte papier waren alle namen van Sjors en Sjimmie met een knalrode pen doorgestreept! En ik had beide namen nogal wat keren gebruikt.
Onderaan mijn opstel stond met grote rode letters : George en Jimmy! Over de inhoud stond niets vermeld. Mijn creatieve inspanning werd met het cijfer 4 beloond. Ik heb geen moment gedacht om een exemplaar van het weekblad Sjors van de Rebellenclub mee te nemen naar school. Het was net als met het kuitschieten : deze meester weet niet zoveel. Maar toch heette hij geen Sjimmie.