vrijdag 8 november 2019

Lezen

Boeken lezen doe ik niet. Al sinds 1969 niet meer. Na mijn eindexamen was ik het verplicht lezen van zoveel oninteressante literatuur dermate beu, dat ik sindsdien geen boeken lees. Ik ben nadien wel honden gaan lezen. En mensen. Want wie een hond kan lezen, kan ook een mens lezen en andersom. Mijn moeder omschreef haar mensen lezen, met dat ze ogen op haar rug had. Of dat er iets op mijn voorhoofd geschreven stond. In eerste instantie geloofde ik haar. Maar met de jaren ging ik begrijpen, dat ze ons las.
Door goed op te letten hebben wij geleerd mensen te lezen. Vooral kinderen, want die kregen we dus zelf ook. Het fijne van hen lezen is, dat je problemen tijdig kunt voorkomen en, ook niet onbelangrijk,  de waarheid kunt achterhalen.
Toen we nog een winkel runden, lette ik vaak op de blik van klanten die binnenkwamen. Zo leerde ik vrij snel bezoekers te lezen. Er waren erbij, die eerst de ruimte bekeken. Of er soms boven hun hoofden camera's hingen en hoe de deur, de vitrines enzovoort oogden. Dat waren dus geen echte klanten.