In Schotland begint menige beschrijving van recepten met "Men bietst een....". In onze kookboeken is dat niet zo. Net als Fan-tilator hou ik niet alleen van vis (eten), maar ook van vissen. Ik heb dat laatste jaren gedaan. Vanaf de vaste wal, want ik ben geen waterrat en heb geen zeebenen. Vissen met mijn zwager op de Waddenzee in zijn boot vond ik wel leuk. Maar op zo'n grote schuit de zee op, was tien keer niets voor mij. In de haven begon men al ruzie te maken over een plekje aan de reling. We stonden schouder aan schouder. Tijdens het vissen werd nogal wild gegooid met lijnen vol haken (aan mijn lijn slechts twee) en lood. Een patrijspoort sneuvelde zelfs. Omdat ik last kreeg van zeeziekte, besloot ik een hapje te gaan eten. Terwijl ik op het dek mijn lunchpakketje aansprak, keek ik opeens tegen iets naars aan. De visser naast mij vroeg mij om een tangetje en of ik wist waar de EHBO post aan boord was. Voordat ik kon antwoorden "benedendeks", zei hij : "Hiervoor..." en toonde mij zijn hand waar een grote vishaak in stak. Ik maakte acuut kennis met mijn eigen antiperistaltische beweging, in de volksmond ook wel kotsen genoemd. Vissen voeren dus. Terwijl ik aan de reling stond, haastte meneer met de haak in zijn nek weer naar beneden.
Na verloop van tijd keerde meneer terug met een wit verband om zijn hand met een donkerrode vlek. Toen hij met een zucht naast me neer plofte, zag ik dat hij in zijn nek nog een haak had zitten! Ik legde mijn broodje kaas terzijde en zei dat hij nog even terug moest naar de EHBO post benedendeks. Voor de rest van de middag was ik behoorlijk zeezwak, -ziek en misselijk. Ik heb ook geen enkele makreel gevangen. De anderen dankzij mijn voeren wel.
Sprekend over makreel, want daar gaat dit bericht eigenlijk over, volgt hier het originele recept van PEPESAN Ikan-peda, of wel pittige vis, zoals beschreven in een zeer oud Indisch kookboek.
Ingrediënten : drie á vier makrelen (een vind ik al meer dan genoeg, maar de buurt wil ook wat), twee grote fijn gesneden uien, drie tenen knoflook, 10 lomboks (pepers!) zonder zaadjes, een halve vingerlengte toemoekoentjie, halve theelepel zout, een stukje asem (zo groot als een duivenei...), 10 uitgehaald kemiries. daon kemangie en wat pisangbladeren.
Bereiding : De kruiden worden fijn gestampt, de vis goed schoon gewassen. Daarna maakt men de pisangbladeren gereed om daarin de hele vis(sen) te leggen. Ze worden bedekt met de gestampte kruiden en wat kemangie blaadjes. Vervolgens de pisangbladeren dichtvouwen en met bietings vast gestoken. Het pakketje wordt vervolgens boven een houtskoolvuurtje aan beide zijden geroosterd, totdat de vis gaar is.
Alternatieve bereiding :
Misschien denk je nu : "Wat een onbekende ingrediënten en wat een werk! Een mooie troost : koop een kant en klare boemboe (kruidenmix) en een gebakken of gestoomde makreel. Even een uitje snipperen en fruiten en doe de boemboe met wat water erbij. Als dat klaar is de kant en klare vis in aluminiumfolie (modern times!) leggen met de kruiden erover. De boel dicht vouwen en een half uurtje in de oven plaatsen. Niet helemaal authentiek, maar wel bijna net zo lekker. Want de bladeren van de bananenboom maken het geheel qua smaak af.