zondag 14 juli 2019

Moesson?

12-7
Het regenwater is voornamelijk in de grond verdwenen. In ons tentje liepen wat lichte sporen van wegstromend water over de grond. We hadden op erger gerekend. Het is nog wat bewolkt, maar de temperatuur is aangenaam : 21 Celsius. Af en toe regent het, maar het blijft voor mijn doen warm. Op het golvend terrein zijn geen plassen te zien. Sonja is na het ontbijt boodschappen gaan doen. Ik ben de camper wat gaan opruimen. Gelukkig konden de achterdeuren wagenwijd open gezet en het beddengoed gelucht worden. Voor vandaag en morgen worden meer buien verwacht, bij een temperatuur boven de 20 graden. Ik vind het geen probleem, al zouden we nog graag willen fietsen langs deze kant van de Elbe.
Nu we toch alleen op het veld staan heb ik de radio aan op de zender NDR 1. Ik ga het Duits steeds gemakkelijker volgen. De nieuwe speakers, zowel voor als achter, klinken geweldig en de volumeregelaar voor de speakers achterin werkt prima. Als ik op de rand van ons bed zit, is het volume mooi in evenwicht.
Even leek het erop alsof er plotsklaps een emmer water over de bus gegooid werd. Een enorme stortbui die nog geen minuut aanhield. Daarna scheen de zon weer. Het ging zo snel dat ik er niet in slaagde de voorwanden van de bustent tijdig te sluiten. Ze waren niet helemaal geopend en hingen dus nog in de ritsen. Maar toch.
Uit de speakers klinkt ‘For ever young’. Dat lijkt mij wat erg lang. Soms denk ik : “Dat ik met mijn 70 jaar hier nog zo mag zijn en van alles nog mag meemaken”. Daar ben ik best wel dankbaar voor. Ik zou het niet erg vinden om met deze gezondheid wat langer 70 te blijven. Als ik om me heen kijk en zie hoe anderen problemen hebben met hun gezondheid, dan kan ik niet anders dan dankbaar zijn. Oké, de tand des tijds slaat wel toe. Het is zoals het is. Een kwestie van accepteren en met andere, leuke dingen bezig zijn.
Tijdens deze vakantie hebben we al aardig wat beesten gezien. Ik bedoel dan echte dieren. Konijnen, hazen, een slang, salamanders, vissen, gele kanarie-achtige vogels, een ree die langs de camping hier rende en een vos. Onderweg zagen we een ree die de weg overstak. Je zult zo’n beest maar op de bumper krijgen. Reebout!! Ik bedoel, wat een schade / was Schade.
Naarmate we naar het oosten reden kwamen steeds vaker standbeelden tegen. Niet van bijzondere, bekende personen, maar van de arbeiders. Een zaaiende boer, een wiedende tuinman en andere uitbeeldingen van noeste arbeid. Zo hoort het, de gewone man en vrouw die het land hebben opgebouwd en nog steeds opbouwen een eerbetoon brengen. Een overblijfsel uit de DDR tijd.