Vanmorgen was er eindelijk even tijd voor een ritje op de CBX. Er stond een aardig briesje, maar niet hard genoeg om mij thuis te houden. Nadat ik de Honda uit zijn pyjama had gehesen, heb ik hem onder het afdakje vandaan naar buiten gerold.
Uiteraard de motoroutfit aangetrokken en opgezet en toen het blok gestart. Toen ik de straat uitreed had ik mijn ritje pas in mijn hoofd geprent. Ik reed richting Kampen. Al snel had ik een bumperklever vlak achter mij in een zwarte Peugeot. Ik heb niet eens een bumper maar dat maakt zo'n automobilist niets uit. Ik draaide me om en gebaarde om meer afstand te houden.
Toen ik weer in de spiegel keek, zag ik dat de Peugeot rijder de boodschap had begrepen. Hij had zich wat laten afzakken. Als blijk van dank stak ik mijn duim op.
Na een kleine 16 km bevond ik me langs de IJssel, waar ik richting die mooi brug reed. Nou ja, reed, er stond een flinke rij auto's te wachten voor de verkeerslichten bij die brug. Wellicht kerkgangers. Omdat ik toch stil stond nam ik de gelegenheid waar om even wat plaatjes te schieten. Ik zette de motor op de kade en deed mijn ding met de digitale camera.
Verderop, vlak na de afslag naar de brug, ben ik weer gestopt voor wat foto's. Een passant was zo aardig om ook mij op de gevoelige plaat vast te leggen. Hij moest wel op straat gaan staan, maar op dat stuk was zeer weinig verkeer. Na een korte pauze gedurende welke ik naar een paar vissers keek, stapte ik weer op.
Bij de Roggebotsluis ben ik langs het water naar Ketelhaven gereden. Op de dijk was het rustig in tegenstelling tot op het water. Gaandeweg werd het alsmaar drukker op het water. Maar het was nog niet zo erg als in Giethoorn in de zomer. Maar dat komt nog. Na Ketelhaven heb ik de dijk verlaten en ben binnendoor weer richting Dronten gereden. Daar stonden Emma en haar pappa al klaar om weer te vertrekken. Emma had namelijk een extra nachtje bij oma en opa gelogeerd.