Weer een dierbaar plekje dat ik niet meer zal bezoeken. Want daar woont geen familie meer. In mijn vroegste herinneringen, kregen wij in de jaren 50 bezoek van een broer van mijn moeder. Oom Wim (ik ben naar hem vernoemd) en mijn moeder hadden een hechte band. Hij heeft mijn moeder in die naoorlogse periode veel gesteund. Af en toe kwam hij op bezoek, want hij woonde toen nog in Indonesië. Hij hield van fotografie en maakte tijdens die vakanties veel foto's.
Ik herinner me nog dat hij een keer naar Schiphol werd gebracht. Mijn grote broer mocht met mijn moeder mee. Ze werden door een taxi van meneer Fokkema, de overbuurman van mijn oma en opa, weggebracht. Ik vond het vooral sneu, omdat ik heel graag de vliegmachines van dichtbij had willen bewonderen.
Later kwam mijn oom getrouwd en wel naar Nederland. Het stel had toen ook al kinderen. Volgens mijn geheugen woonden ze eerst in een soort hotel in Assen. Later verhuisden ze naar Haren. Het contact tussen beide gezinnen bleef en werd dankzij de aanwezigheid van auto's hechter.
Zelf haalde ik het contact verder aan tijdens mijn militaire diensttijd in 1969 -1970. In de weekenden dat ik niet naar huis mocht (paraat weekend), stapte ik geregeld voor de kazerne op de bus. Hij bracht me van Zuidlaren naar Haren, waar ik op de Rijksstraatweg vlakbij de Hertenlaan uitstapte. Vervolgens stapte ik in een militair tempo in mijn pakkie deftig (eerste grijs) naar het huis vlakbij het Boermapark. Ik werd daar altijd erg gastvrij ontvangen. Terwijl een nichtje in mijn legerkisten op de gang rondstapte ( de schoenen leken 2x zo groot en mijn nichtje 2x zo klein) genoot ik van de huiselijke gezelligheid. Mijn oom bracht mij 's avonds steevast terug naar de kazerne. Dat heb ik altijd zeer bijzonder gevonden en op prijs gesteld.
Ook na het overlijden van mijn oom, zocht ik / zochten wij onze tante geregeld op. Ik vond het prachtig dat ze op oudere leeftijd alsnog aan de computer ging. En hoe! Ze kon er vrij goed mee overweg. Het is ons (inclusief tante) een keer overkomen, dat we daar op bezoek zijn geweest zonder iets lekkers te hebben gegeten. Tante en wij vonden dat heel erg raar. Zo raar, dat het later geregeld ter sprake kwam.
Meestal belde ik even op om te vragen of een bezoekje gelegen kwam. Dan vroeg tante vaak aan mij : "Wat wil je dan eten?" of : "Zullen we dan samen wat lekkers koken?" In de tijd dat ik nog geregeld in Groningen was vanwege mijn werk bij Centric, ging ik af en toe mijn lunchpauze houden in Haren. Ja, als het even kon ging ik op bezoek. Als we daar waren maakte ik vaak een wandeling door het Boermapark om twee honden uit te laten : tantes Timmie en onze Fenna. Die tijd is helaas geweest, rest ons nog de mooie herinneringen aan een lieve, vrolijke tante. Gelukkig heeft ze veel van haar trekjes doorgegeven aan haar kinderen.