Als kind had ik weinig speelgoed. Van het speelgoed dat we hadden, ken ik de meeste stukken nog. Ik maakte zelf ook speelgoed. Net als mijn opa, al zag het resultaat van hem er aanzienlijk beter uit. Mijn opa deed veel met de figuurzaag. Ik desnoods (stiekem) met een keukenmes als zaag en een halve klinker als hamer. Spijkers en schroeven zocht ik op bouwplaatsen. Door gebrek aan, ben ik ook creatief geworden. En zuinig, vanuit het besef hoeveel inspanning en/of geld iets kost.
Als nieuwbakken vader zag ik hoeveel speelgoed er gekocht kon worden. Kant en klaar. Soms kwam creativiteit te pas, zoals met Meccano en Lego, die de ouderwetse blokkendoos verdrongen. Met de tijd kreeg het speelgoed een andere functie. Het werd steeds vaker ingezet als zoethoudertje voor de kinderen. Ze waren snel uitgekeken op een speeltje en dus moest er een ander komen. Met gevolg, dat veel kinderen zwommen in het speelgoed.
