Een dag voor ons vertrek komt een Ford Focus met een caravan aan de trekhaak het terrein oprijden. Het is een Duits echtpaar met hun kleinzoon. Per abuis heeft de receptie ons plaatsnummer aan hen doorgegeven. Men was vergeten dat we niet vrijdag, maar zaterdag zouden vertrekken.
Het echtpaar vindt het allemaal geen probleem en parkeert de caravan op een tijdelijke plek schuin tegenover ons. Hun Ford parkeren ze daar tegenover. Het is slechts voor een nacht en dus voor niemand een probleem. Toen ze 's avonds de caravan inkropen, mocht de kleinzoon de Ford met de afstandbediening op slot doen.
Die avond hebben we alvast voorbereidingen getroffen voor ons vertrek. Ook de luifel werd opgeborgen. Het was nogal warm en wat drukkend toen we na gedane arbeid voor de caravan zaten met een glaasje fris. Terwijl we daar zaten viel eht Sonja op, dat een raam van het voorportier van de Ford nog wagenwijd openstond. Ik besloot de Duitser te waarschuwen. Na een keer kloppen kwam hij naar buiten. Ik wees hem op het openstaand raam, waarop hij mij hartelijk bedankte. Vervolgens sloot hij het raam alsnog. En dat was maar goed ook, want het ging die nacht behoorlijk tekeer. Een flinke onweersbui trok over de camping die gepaard ging met een wolkbreuk.
De volgende ochtend, als wij bezig zijn met de laatste loodjes voor het vertrek, komt de Duitse opa ons nogmaals bedanken. Hij moest er niet aan denken wat er met de auto gebeurd zou zijn, als het raam open was blijven staan. "Ik heb er nog niet eens 1.000 km meegereden", lichtte hij toen.