Op 'mijn' YP408 |
Op Curaçao stuurde mijn pa mijn broer Joop en mij naar een soort sportschool. Die bevond zich in de marinierskazerne in Suffisant. We leerden daar 'the noble art of zelf defense', ook wel boksen genoemd en judo. We roken ook wat aan andere vechtsporten zoals karate en jiujitsu. Die laatste term schijnt in het Japans 'zachte kunst' te betekenen. Daar ga je heel anders over denken als je met een flinke klap erg onhandig op de grond terecht bent gekomen! Ik moest ook hard schreeuwen. Maar ik ben ook niet zo'n schreeuwlelijk. Ik vond wel de concentratie en de innerlijke kracht interessant.
Op Curaçao : Tineke, David, Joop en Willem |
Later, in militaire dienst moest ik in een man tegen man gevecht mijn tegenstander uitschakelen. Wel erg vreemd als het een maatje betreft en ik een Fal geweer in de kast had staan. Het was ook in die periode dat ik voor het laatst even fysiek aan de bak moest. Een notoire pestkop had de nare gewoonte om me van achter te schoppen. Ik had soldaat Van Adrichem al een paar keer gewaarschuwd, maar hij bleef doorgaan. Dat heeft hem een paar tanden gekost. Toen hij het weer wilde doen greep ik in een reflex zijn voet beet en draaide die om. Ik schrok zelf van het effect; hij viel letterlijk met zijn gezicht op de betonnen vloer. De uitwerking was net als vroeger : het heeft wel heel goed geholpen. Maar ik heb toch vaak over mijn optreden gedacht : was dat nou echt nodig?
Tot nu toe heb ik me met normaal praten kunnen redden. Slaan doe ik niet. Zo probeer ik het maar vol te houden.