donderdag 28 maart 2013

Hij wel, ik niet

Het komt helaas steeds vaker voor dat men honden uit laat op het speelveld aan de Binnendijk. Her en der liggen hondendrollen in het gras. Nog geen vijftig meter verderop bevindt zich langs de vaart een enorm lange en behoorlijk brede poepstrook. Maar ja, dan heb je de auto nodig. Veel eigenaren weten niet, dat rennen bij een hond de stoelgang stimuleert.
Soms, heel soms spreek ik zo'n hondeneigenaar aan. Gewoon vriendelijk hoor : "Goede morgen, volgens mij bent u in overtreding." Maar zelfs dan is niet iedereen daarvan gediend. "Ik wens niet door u hierop aangesproken te worden!", was laatst een felle reactie. De hond zat lekker gehurkt zijn keutel te trekken, terwijl de baas nadrukkelijk de andere kant op keek. Maar helaas, daar verscheen iemand onverwacht. Ik dus. Van een afstand had ik al gezien dat het zeker niet de intentie was om de boel op te ruimen.
Volgens de eigenaar had ie niets te maken met het bordje, waarop staat dat het terrein verboden gebied is voor honden. "Bij dat besluit ben ik niet aanwezig geweest", was zijn kinderlijk verweer.
Zelf was ik ook niet in de Tweede Kamer aanwezig toen men stemde over de bezuinigingen, de belastingen en al die andere regels waaraan ik me in dit land moet houden.
Ik moet me dus wel aan zijn regel houden : me er niet mee bemoeien. Maar bij dat besluit was ik toch zeker ook niet aanwezig? Toen ik het woord asociaal bezigde, sprong ie bijna uit z'n vel. Maar het hielp wel. De persoon in kwestie ging thuis alsnog een plastic zakje halen en kwam even later terug om de bruine warme rakkers uit het gazon te plukken. Dat is dan in elk geval nog iets positiefs.