zaterdag 19 januari 2013

In een glasvezelcentrale


Heb ik echt niet aangezeten!
Vandaag ben ik ingegaan op een uitnodiging van Reggefiber, om een glasvezelcentrale te bezoeken. Ik ben goed ingepakt (motorkleding is erg handig) met helm op de knar op de scooter gestapt. De opendag wordt gehouden in een centrale in de wijk Schoener. Daar aangekomen zag ik een witte tent met vlaggen naast een centrale staan. In de tent heerste dankzij een kachel een behaaglijke temperatuur. Ik werd vrolijk welkom geheten en mij werd gevraagd wat ik wilde drinken en/of eten. Ik koos voor de erwtensoep, omdat ik buiten een busje van een cateringsbedrijf had zien staan. Aan mijn verwachtingen werd volledig voldaan : de erwtensoep smaakte prima! Zelf gemaakt en dus niet uit blik. Ik complimenteerde de man achter de tafel en zei dat de soep bijna net zo lekker smaakte als die ik zelf maak. "Dan doet u er zeker sambal in", zei de man lachend. Nee dus. Ik heb hem maar ook niet verteld over de rijst die ik bij de erwtensoep eet en de pepesan (hete vis). Het weer buiten was al erg genoeg.
Niet veel later kon ik de centrale in. Ik werd bij de deur niet gefouilleerd op een eventueel bezit van messen, scharen en/of tangen. Binnen is het een krap gebeuren, waar meer dan twee mensen het gebouwtje kunnen doen veranderen in een blik sardines. Ik kwam in een soort moderne patchkast terecht. Modern en vooral netjes verzorgd en gedocumenteerd. Dat is heel wat anders dan sommige patchkasten, die ik gedurende mijn loopbaan ben tegengekomen. Die hadden meer weg van kasten volgepropt met spaghetti, waarvan geen fatsoenlijke beschrijving aanwezig was.
In deze patchkast kwam ik een buurtgenoot tegen. Hij was zo vriendelijk om even een foto van mij te maken. Bedankt, Martin! Natuurlijk heb ik vooraf even toestemming gevraagd. We kregen tekst en uitleg en het viel mij direct op dat er in Jip en Janneke taal werd gesproken. Zo werd de aansluiting in en van de woning tot in de centrale doorgenomen. Na de uitleg ben ik weer de kou ingestapt, om met de steenkoude wind in de rug weer huiswaarts te rijden.