Op een kruispunt van fietspaden sta ik op Tim te wachten. We gaan samen naar gitaarles. Op mijn rug, keurig in een hoes, hangt Tim's elektrische gitaar. Een redelijk zwaar instrument.
Een paar minuten later zie ik in de verte een blond koppie op een fietsje aankomen. Door het harde trappen slingert hij wat. Voorop, op de bagagedrager, ligt een rugzakje geklemd. Als Tim mij ziet staan, verschijnt een grote lach op zijn toet. 'Jeetje, wat is ie toch al groot geworden', denk ik. 'Hoi opa!', roept Tim enthousiast. Samen fietsen we naar het centrum waar hij les krijgt. Tim praat gedurende de hele rit. Opa luistert alleen.
We zijn keurig op tijd en hebben nog gelegenheid om wat te drinken. Tim pakt een zakje met brood uit zijn rugzak. Ik ga chocolademelk halen bij de automaat. Als ik met twee bekertjes terugkom vraag ik Tim : 'Hoorde je dat geluid uit de automaat?' Tim schudt zijn hoofd en vraagt : 'Wat was er dan?' Ik zeg op serieuze toon : Toen ik mijn bekertje wilde vullen zei die kast : U krijgt geen chocolademelk, u bent al bruin genoeg!' Tim kijkt me heel even verbaasd aan, maar begint dan te lachen en roept : 'Dat kan niet hoor, opa!'
Tijdens de gitaarles geniet opa van Tim's muzikale talenten. Hij voelt heel goed ritmes aan en pakt nieuwe akkoorden snel op.
De les duurt net lang genoeg en Tim reageert erg enthousiast op de aanwijzingen van zijn leraar. Als de les voorbij is, gaan we weer terug. Opa kan er weer geen woord tussen krijgen en dus luister hij maar. Tim vertelt over school, zijn vriendjes en wat hij vanmiddag gaat doen. Tim heeft duidelijk zijn eigen leventje. Tim wordt groot.