|
Knibbel, knabbel, knuisje..... |
Onlangs zagen we een paar muisjes in de tuin scharrelen. We zien ze wel vaker, maar elk jaar verschilt het aantal. Vorig jaar bijvoorbeeld hebben we geen muis gezien. Nu wel, en niet eentje, maar twee. Een volwassen en een jong. En waar een jong zit, zitten waarschijnlijk hele hordes muizen. Volgens kenners is er dit jaar sprake van een ware muizenplaag. Dus nemen we maatregelen. Je zou ze kunnen vangen in zo'n speciale muizenval. Een soort kooitje waar dat beestje niet meer uit kan komen. Maar ja, wat doe je daarna? We hebben geen kat, wel een goudvis. We kennen ook geen asielzoekers die gewend zijn muizen te eten. Ik heb weleens gezien, dat ze zo'n beestje bij de staart pakken en het dan piepend in de kokende olie laten zakken. Het piepen houdt direct op. Net als een geolied scharnier. Het blijft daar en minuut of twee in pruttelen en dan wordt het weer omhoog gehesen. Daarna wordt ie op de Hollandse haring-happen manier genuttigd. Op die manier worden complete muizennesten tijdens een gezellig avondje opgegeten. Een soort jungle-fondue, want ook andere beestjes verdwijnen zo via de hete olie in de maag.
Een andere optie is die ouderwetse muizenklem, met een galgenmaal erin. Knal! Daarna nog even wat natrillen en dan is ie niet meer. Wel erg cru, maar ook erg effectief. En dan is er nog het gif. Tegenwoordig is het gif zo voorbereid, dat de muis na overlijden niet gaat stinken, maar opdroogt. Alleen weet je dan niet waar ie ergens zo gedroogd ligt. En het kan zijn dat als ie door een ander roofdier wordt gegeten, dat beest ook het loodje legt. We willen geen kat en helemaal geen python. Dus wat is wijsheid? We proberen maar eerst de val en gaan op zoek naar potentiële consumenten. Hoeveel kan je voor zo'n beestje eigenlijk vragen?