vrijdag 30 december 2011

De treinreis

's Middags vertrok ik van het station in Leiden richting Utrecht. Vooraf had ik vooral al mijn reisdocumenten goed gecontroleerd. In Utrecht stapte ik over op de nachttrein naar Oostenrijk. Tot ver in (West) Duitsland kon ik van de voorbij glijdende landschappen genieten. Toen viel de avond in. 's Nachts werd ik wakker gemaakt door een conducteur, omdat de Oostenrijkse douane een paspoortcontrole hield. Na deze onderbreking werden slaap en reis voortgezet. De volgende ochtend arriveerde ik in Wenen, waar ik moest overstappen. Hoewel ik ruimschoots de tijd had, kon ik helaas niet het centrum bezoeken. Ik had twee volle koffers bij me en de kluizen op het station waren alle bezet. Dus moest ik in de stationshal wachten op mijn aansluiting. Zo'n anderhalf uur later had ik me in de trein genesteld, die mij richting Hongarije en de Roemeense grens zou brengen. Het landschap was prachtig, vooral het stuk langs de Donau, de beroemde rivier die ik slechts uit de atlas kende. In de namiddag kwamen we bij de Hongaarse grens aan. Nors kijkend, zwijgend en gewapend douane personeel griste de paspoorten uit de handen van de buitenlanders en liep er vervolgens mee weg. Voor het eerst kreeg ik het wat benauwd.