De oude baas is niet thuis. Dat komt mooi uit, want dan kan ik even zijn ramen zemen. Die zien er niet uit. Het lijkt wel of er matglas inzit. Ik heb geen ladder, dus beperk ik me tot de begane grond. Ik heb mijn eigen spulletjes meegenomen, inclusief water. Daar hou ik wel van : geheel zelfstandig bezig zijn. Meneer heeft wel iemand die wekelijks langskomt, maar die hulp is bang voor spinnen. Daarom worden de ramen nooit door haar gezeemd.
Overal bevinden zich spinrag en poppen. En natuurlijk de kleine pikkels spinnenpoep, die schijnbaar de basis vormen voor de productie van 10 seconden lijm. Ik heb er rekening mee gehouden, want ik vooraf goed opgelet. Een schuursponsje dat geen krassen veroorzaakt verwijdert ze probleemloos.
Als ik bijna klaar ben, hoor ik een auto aankomen. Het is de oude baas. Hij heeft blijkbaar boodschappen gedaan. Na een vrolijke begroeting waarbij hij zijn waardering uitspreekt voor de wasbeurt, help ik hem door zijn boodschappen van de auto naar binnen te dragen. Ik neem de voordeur en die van de schuur ook gelijk mee.
"Zo, nu kunt u weer fijn naar buiten kijken", zeg ik als hij pontificaal voor het raam gaat staan. "Ja, maar zij ook naar binnen", mompelt hij wat treurig. Maar hij is toch tevreden, vooral omdat hij de volgende dag bezoek krijgt. "De ramen op de eerste etage heb ik niet gedaan. Ik heb namelijk geen ladder", leg ik uit. Maar dat was geen enkel probleem, want die doet hij zelf. "Huh..., hoe bedoelt u?", vraag ik nieuwsgierig. "Nou, ik doe het ene raam open en dan ga ik op mijn knieën op de vensterbank zitten. Dan ga ik door het raam half naar buiten hangen om het andere raam te doen. "Ik kan dan overal net bij", zegt hij triomfantelijk. "En daarna doe ik hetzelfde maar dan voor het andere raam", besluit hij op quasi onverschillige toon zijn uitleg.
Ik vind het maar een risicovolle, zo niet heel gevaarlijke actie. Helemaal als je de 90 gepasseerd bent. Maar ja, meneer is ook nogal .... standvastig, zal ik maar zeggen.