In de Koningstraat |
Alsof er een bom ontplofte, zo kwam het nieuws de huiskamer binnen, dat de Amerikaanse president John F. Kennedy neergeschoten was in Dallas. Waarom was dat zo'n grote schok voor mij? Kennedy had in zijn nog korte loopbaan als president heel andere geluiden laten horen dan zijn voorgangers. Hij was op zoek naar ontspanning tussen het Westen en de Communisten (tijdens de door hem gesuste Cubaanse crisis woonden we op Curaçao, waar we eerder ook over de invasie in de Varkensbaai hoorden), kwam op voor de burgerrechten in zijn strijd tegen de rassenscheiding en probeerde in Azië zonder militair ingrijpen hulp te verlenen. Het grote Amerika werd in mijn ogen aanzienlijk minder agressief en veel socialer.
Het begon trouwens niet zo goed met Kenendy. Hij zette aan het begin van zijn loopbaan een plan van zijn Republikeinse voorganger door en viel Cuba aan door een (mislukte) invasie in de Varkensbaai. Maar al snel kwam aan zijn leiderschap een eind. Kennedy heeft dan weliswaar niet veel bereikt, maar er was een andere geest ontstaan. Niet veel later werden ook andere mij aansprekende Amerikanen vermoord : dr. Martin Luther King (I have a dream) en broer Robert Kennedy werden vijf jaar later vermoord.