In een van de Kringloopwinkels gisteren, hoorde ik een jongetje praten met zijn vader. Wat mij opviel, was dat het ventje goed naar zijn vader luisterde. Af en toe klonk hij wat volwassen. Ik schatte hem op een jaar of 5, 6. Natuurlijk zag hij allerlei aantrekkelijk speelgoed, maar zijn vader zei hem, dat het ook veel geld kostte. Zijn zoontje ging niet op de grond liggen spartelen, schreeuwen of huilen. Nee, hij luisterde en toonde blijkbaar begrip. De situatie bracht me even terug naar mijn eigen jeugd. Ik zag soms ook mooi speelgoed, maar toen was er ook geen geld voor.
Toen ik het ventje een tijdje later weer zag, stond hij bij het speelgoed met een autootje in zijn hand, dat hij nauwkeurig bekeek. Ik vroeg of ie het mooi vond. Hij knikte zonder op te kijken. Toen zei ik dat hij hem van mij mocht kopen. Hij keek me verbaasd aan toen ik hem een briefje van €5 gaf. Even leek ie helemaal stilgevallen te zijn. Toen rende hij weg om even later terug te komen. Hij zei toen : “Meneer, dank u wel.” Kijk, dat vind ik zo aandoenlijk; zo’n blij en dankbaar koppie. Toen ik me omdraaide zag ik zijn vader lachend naar mij zwaaien en met zijn hoofd een knikje maken als blijk van dank. Het maakte die dag extra mooi.