Kijken naar de optocht |
Toen bekend werd dat men de boel onder water wilde zetten, namen de Spanjaarden de benen.
In een verlaten kampement schreeuwde de jonge Leienaar Cornelis Joppensz : "Teeringg!! Kèikeris, vretûh!!" Of Leidse woorden van gelijke strekking. Wortels, vlees, uien en aardappels in een pot boven een smeulend houtvuur. In de ochtend van den 3e October 1574 trokken de Geuzen de stad binnen en deelden haring en wittebrood uit aan de uitgehongerde Leienaren. O ja dan? Ja jûh!
Het feest begint al op 2 oktober. Dan is er de taptoe. De volgende dag zijn ook de meeste bewoners van Leiderdorp vrij. De scholen zijn die dag gesloten. Op naar Leiden!
In mijn jeugd was algemeen bekend dat veel Leienaren (Leidse Glibbers kan ook) een jaar lang spaarden om op drie oktober hun geld te verbrassen. Ze liepen met dikke beurzen over de markten, kermissen en bezochten menig café. Het was natuurlijk ook wel link om zoveel geld bij je te hebben, want voor je het wist had je te maken met een typische Leids crimineel fenomeen : de roowwoowerwal.