Onze hutspot is net even anders dan het legen van een zak gesneden wortels en uien in een pan met aardappels en water. Dat kan hoor, maar lijkt me tamelijk smakeloos saai. Alsof men helemaal niet blij was met het vertrek van de Spaanse bezetter.
Nee, ik maak gebruik van een basisrecept van mijn mamma, waarmee ik wat gevarieerd omga. Ik begin met het sudderen van de in blokjes gesneden riblapjes. Dat duurt nogal lang, zo'n 2 uur. Dus je moet op tijd beginnen. Ik voeg wat bouillon toe voor de smaak. De aardappeltjes snij ik in blokjes en kook ik apart. Je zou een deel van de uien ook apart kunnen bakken en later er doorheen husselen. Maar dit keer dus niet. Aan de wortelen en ui voeg ik ook sperzieboontjes toe. Een half uur voordat het vlees lekker zacht geworden is, gooi ik de groente erbij. Met wat zout, een ietsepietsie gemalen kruidnagel, twee gesneden tenen knoflook en wat peper. Een klein pepertje (ik zal het woord 'lombok' maar niet gebruiken, want dan krijg ik weer vragen) voor een iets pittiger smaak. Zodra de sperzieboontjes beetgaar zijn, doe ik de gekookte aardappeltjes er doorheen. Op een klein deel na, dat ik eerst met de stamper mishandel alvorens ze bij de rest te doen. Ik laat de hutspot nog even pruttelen en giet dan het meeste vocht af, zodat er nog een bodempje nat in blijft liggen.
Het geheel maak ik af met wat nootmuskaat en roomboter. We eten er meestal een gehaktbal bij en piccalilly! 'Sambal baai' is trouwens ook heel lekker. Ik blijf een Indo nietwaar?