Om me heen zie ik bij ouderen en jongeren dat hun wereld alsmaar kleiner wordt. Deze week sprak ik een wat oudere tiener, die toegaf een innige relatie te hebben met zijn telefoon. Met andere mensen omgaan vindt hij moeilijk. Hij communiceert erg veel via dat apparaat. Zo solliciteert hij ook het liefst. Iemand recht in de ogen kijken en spreken vindt hij tamelijk lastig.
Het sluit aan bij een stukje van een serie genaamd Tieners tegen kwalen. Het ging jongeren en eenzame ouderen. Gebleken is dat de jongeren zelf ook veel problemen hebben. Voornamelijk veroorzaakt door de technologie. Ze zijn erg onzeker, kunnen moeilijk uit hun woorden komen, hebben een laag zelfbeeld en beschikken over weinig kennis. Beide partijen hadden een beeld van elkaar dat gebaseerd is op vooroordelen. Het eindigt ermee, dat beide partijen veel voordeel hebben gehad aan de samenwerking. Ze hebben veel van elkaar geleerd. Hun beider wereld is wat groter geworden.
Mijn wereld is kleiner geworden. In die zin, dat ik het heb over de familie. Ik ging graag op bezoek bij ooms en tantes. Die zijn niet meer onder ons. Ik vind het lastig om dan om te schakelen naar hun kinderen. Misschien heb ik me te veel en te vaak op ouderen / volwassenen gericht. Vraag me niet waarom. Misschien moet ik ook weer over een drempel stappen. Voor de rest vermaak ik me dagelijks prima. Wat dat betreft is mijn wereld nog gewoon groot.