Dit is een zeer oude foto©, gemaakt door mijn oom Wim vanuit het raam van de woonkamer van ons huis aan de Resedastraat 74a. We gaan terug naar de jaren 50, op de hoek van de Hoofdstraat en Resedastraat te Leiderdorp. Daar bevond zich een paar silo's van boer Braat. In de nazomer werd daar het gras gekuild en in de herfst reden vrachtwagens af en aan om pulp van suikerbieten te storten. Ik herinner me nog de dampende massa. De boerderij stond aan de overkant van de Hoofdstraat (foto). Die is eind jaren 50, vlak voor ons vertrek naar Curaçao, afgebroken vanwege de komst van de snelweg A4. Meneer en mevrouw Braat verhuisde naar een nieuwbouwwoning in de Groenendijkstraat, schuin tegenover de Koningstraat. 's Zondags was het altijd een drukte van belang op het erf van de boerderij. Overal kwamen koetsen aangereden, die de kerkgangers voor de Gereformeerde kerk brachten. De kerkklokken luidden al om half tien 's morgens. Niemand klaagde over lawaai. Door de Hoofdstraat klonken de hoeven van de paarden. De paarden werden op het erf uitgespannen om ook even te genieten van de zondagsrust. Een zwart geklede stoet mensen liep vervolgens naar de kerk, een eindje verderop, waar de dienst om 10.uur begon. Als kind vond ik het een wat somber tafereel. Net alsof die mensen de hele week gezondigd hadden en nu moesten boeten. Na de dienst was er (ook zwarte?) koffie bij Braat. Een uurtje later werden de paarden weer voor de koetsen gespannen en vertrokken de kerkgangers. De silo's besloegen een hoekje van een groot weiland, waar het vee van boer Braat graasde. Er liep ook geregeld een paard van hem in de wei. Dat gaf ik soms brood. Dat duurde totdat Bles, zo heette het paard, mij in mijn hand beet met zijn grote gele tanden.
Vaak zag ik de boer met een zeis stukken grasland maaien. Hij ging geregeld in het gras zitten om zijn zeis te scherpen. Dan zag ik hem met een hamer op het blad van de zeis slaan. Voor mij als kind een vreemde gewaarwording, want zo maak je iets toch bot? In het voorjaar genoot ik van het moment dat de koeien voor het eerst na de winter weer het weiland in mochten. Ze renden uitgelaten het weiland in en maakten daarbij de meest rare bokkensprongen. Prachtig!