|
Kasuwa Cafe racer |
|
Honda CB550 Super Sport |
Aan mijn eerste motorfiets deed ik niet zoveel. De Benelli 125 SS was splinternieuw en ik had een aantal gratis onderhoudsbeurten. Mijn sleutelwerk begon met de opvolger, een oude BMW R26, zij het in beperkte mate. Pas met de Honda CB 550 Super Sport kwam het echte werk van de grond. De complete cilinder eraf, reviseren en weer monteren. Ik kan me nog herinneren dat ik met een stok met zuignapje en speciale schuurpasta (fijn en grof) de kleppen aan het inslijpen was. Ook het synchroniseren van de vier carburateurs deed ik zelf. Van een aantal medewerkers van een project waar ik verantwoordelijk voor was, had ik als blijk van dank zo'n dure vacuümmeter voor 4 cilinders gekregen. Een pijp met vier kwikkolommen, slangetjes en een set nippels om op de carburateurs aan te sluiten. Remklauwen werden ook onderhouden en later heb ik ook nog stalen remleidingen gemaakt en gemonteerd. Tegenwoordig is het niet meer toegestaan om zelf remleidingen te maken. Met de jaren is het sleutelen aanzienlijk minder geworden. Het laatste wat ik gedaan heb was het ombouwen van een oude Kawa twin naar een cafe racer (Kasuwa vanwege de Suzuki onderdelen). Dat was rond de eeuwwisseling. Daarbij heb ik ook het cilindergedeelte en de voorvork onder handen genomen. Op dit moment wacht mij een tweetal remklauwen. Beide van de achterrem van zowel de CBX als de Seeley. Die remmen gebruik ik nauwelijks. Gevolg is dat ze gaan vastzitten. En ze moeten gewoon werken als ik ze ooit eens een keer zou moeten aanspreken.