Afgelopen week is weer een motorrijder om het leven gekomen bij een verkeersongeval in Loenen aan de Vecht. Hij reed frontaal tegen een tegemoetkomende auto die linksaf sloeg. Bizar, omdat bijna alle motorrijders ook overdag licht voeren en hij daarom 's avonds nog beter zichtbaar zou moeten zijn. Maar volgens de berichten had de vrouwelijke bestuurder van de auto, te veel alcohol op. Dat maakt het gebeuren alleen maar nog triester en krijg ik nog meer een hekel aan dat spul.
Vooral als motorrijder heb ik geleerd niemand op de weg te vertrouwen. Daarom is voor mij anticiperen een eerste vereiste. Zo heb ik al aan de lichaamstaal (vooral het hoofd van automobilisten) vaak genoeg om meer te weten te komen. Maar ook de manier waarop voertuigen zich voortbewegen geven mij extra informatie. Slingerend, hoekend, (te) snel, (te) langzaam, te veel naar rechts of links enz. Normaal rijd ik op het linker deel van mijn rijbaan. Maar zodra er tegenliggers komen stuur ik naar het rechterdeel. Ik kijk constant naar 'ontsnappingsmogelijkheden'. Niet dat ik bang ben, want dan kan ik beter niet meer op de weg komen. Nee, gewoon om op (bijna) alles voorbereid te zijn. Als motorrijder ben ik nu eenmaal erg kwetsbaar.
Met de komst van de draadloze apparaten zijn met name de fietsers nog slechter gaan rijden. Ik zie geregeld mensen op scooters al rijdend met een mobieltje knoeien. Maar ook voetgangers lopen starend naar een schermpje pardoes de straat over. Wachten ze soms op het ultieme moment om te twitteren : "ik ben aangereden!"? Want laten we eerlijk zijn veel communicatie met die apparaatjes gaat nergens over. Maar blijkbaar is dat digitale geneuzel toch belangrijker dan je gezondheid. Onlangs had ik bijna een sms'ende fietser op de bumper. Gelukkig is er nog zoiets als een claxon. En dan ook nog als eerste reactie van schrik kwaad naar mij kijken. Ik wacht op de mogelijkheid om via mijn claxon of bel iets op die schermpjes te laten verschijnen zoals bijvoorbeeld : 'Game over?!'